Home



DE BILHA


De Tetrateuch






BOEK I – BAKROE


    1. Het Lam
    2. De Onderwerping
    3. De Aanvaarding
    4. De Amazones
    5. Het Klagen
    6. De Moederborst
    7. De Oorlog
    8. Orion
    9. Belim
    10. De Opvoeding
    11. De Verwonding
    12. De Zee
    13. Ismael
    14. Het Zaad
    15. De Institutie van Ismael
    16. Kanaan
    17. Het Rund
    18. De Donzige Bruids-Vogel Veren
    19. De Tenten van Kedar
    20. Kedar
    21. De Borsten
    22. Het Bloedverbond
    23. Het Huis van Bilha
    24. De Esoterie van Orion
    25. Izaak en Temet
    26. Loch
    27. Kapernaum
    28. Saram
    29. Het Zaad van Ham
    30. De Hiti
    31. De Zukki
    32. Het Evangelie van Ismael

    33. De Heilige Nacht

    34. De Orionse Opvoeding

    35. De Zoetheid

    36. De Amazone Kerk

    37. De Grotere Wereld

    38. De Wijnstok

    39. De Zuni

    40. Sociologie

    41. Het Merkteken

    42. Wilde Melk

    43. De Borst-Besnijdenis

    44. De Nachttocht

    45. Vuh

    46. De Dankbaarheid

    47. Jana

    48. Ahn en Jana

    49. De Mirre

    50. De Verzoeking

    51. De Psalmist

    52. Caleb

    53. Taru

    54. De Roeping door Taru

    55. De Voeten van Taru

    56. Het Wilde Varken van Zoderan

    57. De Ajeritische Zwijnenjacht











1. HET LAM


1. SEPTUS was mede verantwoordelijk voor het installeren van de duivelsverzen om slavernij in te voeren, en om vrouwen onder de mannen te stellen. SEPTUS is een soort van gif wat mannen bekrachtigt en vrouwen verzwakt. Dit is ook een heel groot fundament van de valse kerk.


2. Zij komen dus op de aarde als vrouwen, maar zijn tegelijkertijd verraders aan het adres van het vrouwelijk geslacht. Zij doen dus geen eer aan de originele waardigheid van de vrouw, maar geven een misvormd beeld van wat een vrouw is, en doen dit ook met betrekking tot de man.


3. Een merkteken van de staat, als een brandmerk, zodat de mens zou doen wat de staat van hen verwachtte. De staat speelde dus voor God, en in die tijd werd men door het zwaard gedwongen om dit merkteken te nemen. Als je dit niet deed, dan werd je mogelijk vervolgd, gevangen gezet, gemarteld en gedood. De tijd van de inquisities heeft niet veel aan de verbeelding overgelaten.


4. Hele volksstammen werden uitgeroeid, en het verstand kwam geheel onder de macht van het regerings-apparaat wat netjes van geslacht tot geslacht werd overgedragen.


5. Hierin heeft de patriarchie het hoogste woord, en is de matriarchie ver te zoeken en afgezwakt. Dit is een werk geweest van de vurige pijlen van SEPTUS die de vrouwelijke vruchtbaarheid wilde beteugelen, en die daar altijd bang voor is geweest. De vrouw moest voortkomen uit de man, als zijn slaaf.


6. In zijn val groeide SEPTUS uit tot een verschrikkelijke poortwachter. Hij is een gevaarlijke macht van de dood, een macht die brandmerkt tot slavernij door de mannelijke monopolie en superioriteit.


7. SEPTUS is de essentie van het gif waardoor de man ging heersen over de vrouw. Het was een vloek daaraan verbonden.


8. SEPTUS houdt het vrouwelijke, het vruchtbare, het wapen, opgesloten. Dat is waarom wij de oorlog tegen hem moeten beginnen.


9. Mede door SEPTUS kwam er een veel te eenzijdige kijk op instrumenten, tunnel-visie, kortom kortzichtigheid.


10. Het is een strijd tegen de lams-macht van geld, beheerst door dit hebzuchtige lam. De hele wereld wordt erdoor beheerst.


11. Het lamskleed zal gebruikt worden als kleding en tenten. Als de macht van geld is overwonnen, dan scheurt het voorhangsel, en kunnen wij zien op het heilige der heilige. Wit betekent verheldering, dat je ineens dingen gaat begrijpen.


12. Het fundament is de inheemse plaats, de onderwereld, oftewel de innerlijke wereld. In diepte betekent het herinnering, als het openen van de zintuigen.


13. De lap van het lam wat de dochter draagt is vuil. Zij komt om te mengen en om de tucht te herstellen. Mengen, vuilmaken, om zo de baarmoeder in te gaan voor een nieuwe geboorte.


14. Wassen betekent verspreiden, een inval doen, en bedekt worden. Wassen heeft te maken met de oorlogsvoering en de jacht. Wassen betekent zwart maken, donker maken, alhoewel het ook witmaken kan betekenen.


15. De leegte is de beschermer van de afgrond, de tuchtplaats, het beeld van de vrouw, de moeder God. Alleen door de leegte kan tot haar genaderd worden, door helemaal los te komen van het zelf, als een leeg vat.


16. Zij draagt het water-medicijn om in te wijden in de oorlog. De zee is ook de afgrond.


17. Wijsheid betekent oorlogs-kunde.


18. Zo wordt voor de troon de boog ontvangen, voor de oorlog. Zonder tucht kan deze boog niet ontvangen worden. Zonder als een leeg vat te komen, zonder zich aan de voeten van de moeder God te onderwerpen, kan de boog niet ontvangen worden.


19. De troon is het verborgene, een brug, een strijdwagen. Door tot de troon te komen wordt de boog ontvangen en de strijdwagen.


20. De vrouw is een oorlogs- of jachtsboog.


21. Vanuit eigen kracht kan die boog niet gegrepen. De leegheid, de vergetelheid, zal hiertoe ingegaan moeten worden.


22. Dan zien we dat het kind wordt weggenomen tot de troon van de moeder God.


23. In haar is nieuwe geboorte om het wapen te ontvangen.


24. Dit is de oorsprong van al het leven en van elk medicijn.


25. Als tot dit wapen wordt gekomen, dan zal dit instrument van tucht degene eerst verbreken. Eerst moet degene verslonden worden door de roofdieren van de aarde, anders is er geen weg tot de troon.





2. DE ONDERWERPING


1. Velen zullen zich vastklampen aan SEPTUS, om de gevallen man groot te houden.


2. Er mag teruggekeerd worden tot het paradijs door de heilige slaap.


3. Slaap en zaad zijn dus nauwverbonden met elkaar als de scheppingskracht van de moeder God.


4. De slaap is het paradijs, de melkgevende tepel.


5. De vrouw is het wapen. Door de verbintenis met de heilige vrouw heeft men verbintenis met het wapen, of de wapenrusting.


6. De Moeder God verafschuwt het rijk van SEPTUS, waarin de man over de vrouw was gesteld.


7. Een gebrek aan vertikale oorlogsvoering zien we in de valse kerk, en daardoor een overvloed aan buitensporig gevit.


8. Dit is een verschrikkelijke geest, omdat hij de valse machten niet wilde bestrijden.


9. Er is een strijd gaande om de zielen.


10. Maar als gij u overgeeft aan schandelijke geestelijke handel dan zult u niets anders dan slaven zijn van deze vorst, en bent gij gedoemd tot het voeren van horizontale oorlog in zijn arena's.


11. Laat u daarom opgevoed worden in vertikale oorlogsvoering.


12. Zij zal Haar vijanden tot een voetbank maken.


13. De voeten van de valse kerk zijn niet lieflijk, maar lomp, eerzuchtig en protserig. De Heerin veracht de voeten van de valse kerk. De Heerin zal dit beeld onder Haar Voeten vernietigen.


14. Zij zal tot de aarde komen om de aarde te oordelen. Zij zal alles aan Haar Voeten onderwerpen.


15. Omdat het volk van de moeder God zich vaak niet aan die regels hield noemde de moeder God het rechtsverkrachting. Dat is nogal wat als gij voor de moeder God moeten verschijnen en daaraan schuldig staat.


16. Zalig zijn zij die twijfelen, maar niet hen die in overmoed vertrouwen.


17. De Voeten van de Heerin zijn in vertikale oorlogsvoering. Zij draagt een lap in bloed geverfd.


18. Zij die heilig zijn aanbidden de Voeten van de Heerin, en zalven deze met hun tranen. Wie heeft u misleidt ?


19. Zij die heilig zijn zitten aan de Voeten van de Heerin om te luisteren naar Haar opvoedende leer. Wie heeft u betoverd ?


20. Vandaag roept Zij op om terug te keren tot de Voeten van de Heerin, in tranen, zuchtend en kermend om de gruwelen die in Haar Heilige Tempel worden bedreven, en zij zullen het zegel van de Moeder God ontvangen.


21. Zij die heilig zijn zullen het beest verslaan van duizenden jaren kerkgeschiedenis. Er is tijd genoeg voorbij gegaan in het doen van de wil van de machtigen van de valse kerk, maar nu is het tijd om terug te keren tot het doen van de Wil van de Moeder God. En Zij wil dat gij terugkeert tot de Voeten van de Heerin, waar alles begon.


22. De Heerin had Jakob hard geslagen op Pniel, en maakte hem gevoelig.


23. De Voeten van de Heerin brachten hem zo van de dood naar het paradijs.


24. Net als Jakob dient ook gij geboren te worden vanuit Haar schoot.


25. De strijd is tegen de valse machten. Degene die hier geen gehoor aan geeft zal verbannen worden.


26. Zo zal de vijand verzwakt worden.


27. De vijand wordt profetisch geleid door de valse machten, door valse profetie. Gij staat dus tegenover het vee van valse machten, en zij zullen instructies krijgen hoe gij behandeld moet worden. Zij zullen suggesties in hun hoofd binnenkrijgen.


28. Dit is een strijd tegen het valse oordeel.


29. Naakt zijt gij gekomen uit de moederschoot van de onderwereld, en naakt zult gij daartoe wederkeren.





3. DE AANVAARDING


1. Het paradijselijke begon zijn betekenis te verliezen. De mens verloor profetie en werd gebonden aan vaagheid. Profetie of welvaart ? Dat is de vraag. Welvaart is uitgezonden om profetie te doven, om alles vaag te houden, waarin de ziel wordt opgesloten en tot een slaaf wordt gemaakt.


2. Onverstand en onbegrip, het niet willen luisteren, is een zwijn, of een varken. Dit zijn de zwijnen van ongehoorzaamheid. Zij willen u afleiden.


3. Valse machten houden ervan om mensen blind te houden en hen te gebruiken.


4. De Heerin maakte dit beest als eerste.


5. Het begin van de werken van Moeder God, het beste deel op het pad naar Moeder God, in de zin dat het volk het zwijn van ongehoorzaamheid moest veroveren. Het had te maken met een stuk van het beloofde land.


6. Dit is waar het geheim van het horen en gehoorzamen ligt.


7. Hij werd groot door gewichtig en belangrijk te doen, met meer aandacht op de kwantiteit dan op de kwaliteit. Hij wordt bedekt gehouden met vluchtigheid en honger. Dat wil zeggen, het is nogal een snel dier, moeilijk om te vangen. Jagers die hem willen strikken zullen honger lijden.


8. Jakob werd min of meer kreupel gemaakt, en was geenszins de trotse haan die de man vandaag is. Moeder God slaat mensen terug naar het paradijs door hen kreupel te slaan. Jakob werd door de Heerin op zijn heupspier geslagen en werd kreupel, gevoelig voor de rest van zijn leven. De spier moest slinken. Jakob betekent hij die onder de voet is gesteld.


9. Gij moet een ervaring in uw leven krijgen waardoor uw ziel kreupel wordt geslagen.


10. Gij zult dan een verhoogde vruchtbaarheid hebben. De donkere kennis vereist dit.


11. Overmatige spierkracht geeft geboorte aan kinderen van het zwijn van ongehoorzaamheid. De slag op Jakob's heup was een grote stap terug naar het paradijs, naar de oorspronkelijke man.


12. De spier was gebroken, en geslonken. Vanuit Jakob's verbrokenheid zou nu een nieuw volk opstaan.


13. Jakob was nu gevoelig voor de Heerin, voor de donkere kennis.


14. Door het kreupel gemaakt worden werd Jakob geleid tot het horen en gehoorzamen.


15. Dit is de enige weg om waarlijk Haar volk te worden. Is uw ziel nog onkreupel, als de haan van trots, dan zijt gij niet interessant voor de Heerin.


16. Er zullen haken door de kaak van het zwijn van ongehoorzaamheid gaan. Hij zal gegeten worden.


17. Hij zal geworpen worden in de plaats van wilde beesten, de moederschoot van de onderwereld.


18. Sieraden zijn wapenen. Zij zijn de Vreze van de Heerin. Het is de heilige afzondering, dwars tegen alles in.


19. Jakob moest tot de plaats komen waar sieraden zijn als wapenen. Wanneer gij gehoorzaam zijt, dan krijgt gij hogere wapens, andere soorten van sieraden, als heilige esoterische sieraden. Hetzelfde zal gebeuren met armsieraden en voetsieraden. Hiertoe moet gij het pad van Jakob volgen.


20. Het lijkt wel alsof alles tegen hetgeen gij geleerd hebt ingaat, alsof alles een keerzijde heeft. Jakob werd gedreven tot diepe hopeloosheid waarin er plaats gemaakt moest worden voor de bitterheid van de ziel. Eigenlijk is dat ook wel heel logisch. De profetische roep was al geruime tijd om terug te keren tot de verbrokenheid. Dit vraagstuk is moeilijk te begrijpen. Al met al is dit een mysterie. Jakob werd op zijn knieen gebracht en gekastijdt.


21. Dit is een stappenstelsel van diepe inwijding.


22. Zij die op het pad van Jakob zijn leven met een heilige vloek op hun hoofd. Deze heilige vloek houdt hen rein van boze geesten, en houdt hen in gebondenheid tot de Heerin.


23. Dit is het hol van wilde dieren, de woonplaats van de Heerin, de duistere, verborgen tabernakel in de wildernis, waar Jakob naartoe geleid werd in de bitterheid van zijn ziel.


24. Dit is een plaats om vanuit op te komen met een wapenrusting. Hier wordt deze wapenrusting gewonnen, waarin het paradijselijke lichaam werd gemaakt. Hier is het stof en het vuil van de paradijselijke onderwereld. Het is de plaats van de wetten van het observeren, en van de uitleg van de esoterische tekenen. Dit alles bevindt zich in een hart van de Vreze van de Heerin, tot het oprichten van een stam.


25. Men doorvorst het uiterste van de duisternis om deze plaats te vinden. Men gaat hier binnen door het toetsende vuur.


26. Dit is waar Jakob doorheen ging. De Amazones hadden hem de oorlog verklaard. Zij waren op jacht naar hem, en zouden niet rusten voordat zij hem naar de honger hadden gesleept.


27. Jakob werd in hopeloosheid ondergedompeld, komende tot de bitterheid van zijn ziel.


28. Deze rituelen zijn van een diepe theologie, als de wet van scheiding. Als gij los wilt komen van valse machten waarop de hele samenleving is gebaseerd, dan zult gij het pad van Jakob op moeten gaan. Als gij heilig zijt geworden, dan moet gij deze behoudenis in vreze en beven bewerken door tot de diepte hiervan te komen.


29. Zo zult gij naakt zijn, maar toch bedekt door de heilige sieraden, en wapenen.


30. Door de opening van de schoot heeft verhongering tot profetie geleid.


31. De Heerin heeft het gewicht en de mate van kennis bepaald, en de wetten van visioenen en profetische liederen.


32. Zie, de Vreze van de Heerin is intelligentie en gedachtenloosheid.


33. Het opperhoofd van de amazones, de wet van scheiding, had Jakob veroordeeld, als een toets-oordeel. Als wij enig contact met de Heerin willen hebben, dan gaat dat door deze wet.


34. Gij moet de scheiding aanvaarden.


35. Gij moet komen tot de duistere tent. De scheiding is belangrijk om allerlei soort van valse relaties met het zwijn van ongehoorzaamheid te verbreken. Gij moet de kraal van de heilige scheiding daartoe ontvangen. Hierdoor blijft gij verbonden met de zwarte tempel waarvoor Jakob moest jagen.


36. Het is belangrijk om te kunnen onderscheiden. Daarom gebruikte Jakob ook nog een andere kraal, een onderscheidende kraal. Het is belangrijk om je met deze kraal te bewapenen, om deze kraal te ontvangen. Deze kraal is door de Heerin gegeven.


37. De Heerin is als een wild dier, als een groep roofdieren, de stam van grote vrouwen, de duistere kennis.


38. Jakob werd door de amazones gevangen genomen en naar hun hol gesleept. Jakob was door gevaarlijke wilde dieren aangevallen. Dit waren de wilde dieren van de Heerin.


39. De Heerin beschouwde hem als een vijand.


40. Het leven is in de diepte een ascetisch sieraad van nauwgezette discipline, van ijzeren wetten waaraan niemand kan ontkomen.


41. Jakob was een balling. Hij had geleerd het lijden te aanvaarden. Het lijden bracht hem visioenen.


42. Gij hebt een heilige opdracht om te zoeken naar een allerheiligste profetische kraal.


43. Jakob moest een heilige dodentocht maken door de uiterste dieptes van de onderwereld. Hij moest hierbij door de nodige initiaties gaan, inwijdingen, uitgevoerd door de amazones. Hij moest allerlei wilde beesten in de onderwereld ontmoeten.


44. Jakob was zoekende naar de troonplaats van de Heerin.


45. Dat is de plaats waar hij wordt klaar gemaakt voor de oorlog en de jacht, voor het oprichten van de wet en het recht. Het is de plaats waar zijn mond wordt gevuld met bestraffing en kastijding.


46. Op deze plaats zou Jakob in staat zijn de woorden van de Heerin te horen en gehoorzamen, waaruit profetie zou voortkomen.


47. Zou de Heerin met overmacht tegen hem strijden ? Nee, maar hem vullen met vreze, religie en heiligheid.


48. Met de zachte, donzige veren van de bruids-vogels is hij bekleed. Hij richt zijn boog omhoog, om de luchtgoden neer te halen. Hij jaagt de schaapherder-vogels neer. Hij richt zijn pijlen zonder genade. Hij jaagt voor Bilha, de Heerin.


49. Wanneer gij tot Bilha komt, moet gij alle bindingen afleggen. Gij moet de kraal van scheiding in uw leven aanvaarden.


50. Toen Jakob het mysterie zag, Bilha met het zwijn van ongehoorzaamheid, bewonderde hij haar met respect en ontzag, als een vorm van aanbidding.


51. Dit was de plaats waar de ziel Jakob naartoe zou leiden. Jakob zou een ontmoeting krijgen met Bilha en het zwijn van ongehoorzaamheid.


52. Hierdoor werd de ziel, de hongerende, gebonden tot Bilha, om niet in de handen van welvaart te vallen.


53. De diepere ziel is de bitterheid van de ziel die terugleidt naar het paradijs. De eeuwige ziel is de heilige honger.


54. Gij zult teruggeleid worden tot de grond van het paradijs, het stof en het vuil van het paradijs waarin gij gevormd wordt.


55. Jakob werd geleid om hier neer te liggen en te slapen. Jakob moest vuil gemaakt worden, anders zou hij in de onderwereld geen wapens hebben.


56. In de paradijselijke ondergrond wordt gij geinitieerd. Hier leert gij de ijzeren wetten kennen, de wetten van het paradijs, de strenge wetten van oorlog en jacht.


57. Gij moet gewassen worden in deze rivieren. Hier wordt gij bekleed met het paradijselijke vuil.


58. Gij wordt gewassen om los te komen van de valse schoonheid van de mensen. Gij moet komen tot de paradijselijke diepte van de natuur van de Heerin. Zo moogt gij komen tot de paradijselijke vloed en overweldiging.







4. DE AMAZONES


1. Het paradijs is de tuchtplaats, de plaats van honger. Het zwijn van ongehoorzaamheid wilde mensen misleiden tot het kannibalisme. Zelfs in oorlogsvoering met valse machten is dat heel link.


2. Het is een vorm van luiheid, oppervlakkige oorlogsvoering, om zo snel met valse machten af te rekenen, denkt men, maar deze vormen van kannibalisme maken het alleen maar erger.


3. De mens moest tot scheiding komen.


4. Door profetie wordt de vijand gebonden.


5. De amazones hebben een pijlkoker met pijlen die eerst gedoopt worden in het lijden, de tucht, zodat vandaaruit de profetie kan plaatsvinden. Dit is het pad tot de tuchtplaats.


6. De stam van profetie is een stap verder om los te komen van het zwijn van ongehoorzaamheid.


7. De stam van profetie is in de diepte van het vuil van het paradijs.


8. Hier is het bedwelmende voedsel van het paradijs.


9. Jakob bereikte deze plaats door de kastijding.


10. Bilha zou hem leiden tot de in de duisternis verborgen kennis.


11. Bilha droeg hem op om te jagen voor de amazones. Hij moest hen voedsel verschaffen. Dit gebeurde in en rondom de zwarte tempel. Jakob moest de donkere nacht van de scheiding ingaan.


12. Gij moet leren leven met de kleinste hoeveelheden. Geesten van rijkdom en materialisme staan overal op de loer om u tot een slaaf te maken.


13. Om de kennis te verdiepen moet men tot de honger komen en de scheiding.


14. De vertikale jacht is belangrijk voor het komen tot de diepere esoterische sieraden die SEPTUS al zo'n lange tijd verborgen heeft gehouden. De buffels en bizons van mannelijke superioriteit zijn de wachters van deze sieraden. Zij houden de poorten tot het kinderrijk verborgen. Door het pad van de de buffeljacht te gaan, komt gij tot het rijk der kinderen.


15. Het vergt lange, dunne, scherpe pijlen om hun huiden te doorboren en hen te verslaan. Deze geesten zijn snel, gewiekst. Gebruik pijlen van slaap die hen in een lager bewustzijn brengen.


16. Deze geesten hebben een heleboel afleidings-taktieken om je te verwarren. Zij kunnen je in de jacht misleiden tot het strijden tegen mensen, door zulke beelden in je op te roepen van mensengezichten.


17. In de slachtplaats ligt de kraal van profetie.


18. Gij moet tot de slachtplaats komen om het zwijn van ongehoorzaamheid te overwinnen.


19. De slachtplaats is te vinden in de diepte van het paradijs.


20. Zij die tot de slachtplaats komen, krijgen de esoterische wet.


21. Gij moet gebroken worden in dit proces, op de heup geslagen worden, kreupel geslagen worden. Uit die gebrokenheid komt uiteindelijk het oordeel voort, als de brenger van zaad.


22. Kennis is waar het harde het zachte heeft voortgebracht, en het zachte het harde. Het is de plaats waar het hardste en het zachtste elkaar opgewekt hebben. Het is een rivieren-gebied. Het is het geheim van de paradijselijke vloed, en het zaad.


23. Kennis is de paradijselijke sieraden, en ook is het een paradijselijke olie.


24. Deze aarde is verdoemd vanwege de trotse haan. Gij zult deze haan moeten overwinnen, anders zal deze haan u bezitten en vervullen.


25. Hier vindt gij het gevaar van de kennis, dat wanneer gij te snel naar kennis grijpt, dan zult gij sterven of verstenen.





5. HET KLAGEN


1. Duistere jagers zijn in de lucht. Zij komen met een zwart boek.


2. Het zwarte boek om de troonmacht te vestigen, die de aarde langzaam maar zeker in een onontkoombare wurggreep zou brengen, heel subtiel. Het zwarte boek zou wit worden, om de volkeren te verslinden.


3. Zwart ijzer, kloppend aan de deuren, zonder genade.


4. De zon zou zwart worden, en het evangelie zou gepredikt worden. De boog werd gespannen. Dit was een zwarte boog, en een zwarte pijl zou geschoten worden, als de zwarte heraut voor de komst van het zwarte boek.


5. De nacht die zou regeren.


6. Het zwarte boek heeft hun hart ingenomen.


7. Ook dit is een schepping van de Moeder God om u te testen. Het is haar spel.


8. Gij moet blijven volharden in dat alles cryptisch is, een spel, zodat er geen overdrama wordt geschapen. De ingang tot de realiteiten is vaak te vinden in hoog proza, zoals de prozaische geschriften. Deze zijn gemaakt om uw verstand in andere golven en patronen te brengen, tot opening van de diepere ziel-gebieden. Hierin wordt er dus een spel-drama geschapen, een prozaisch drama van hoge kwaliteit, en moet gij dus oppassen met letterlijke drama.


9. Het zwijn van ongehoorzaamheid gaat over valse vrede, om je wapenen te bespotten en te verlammen. Dit is het werk van een varken, en het zal op je diepste emoties proberen in te werken, ook je medelijden, zodat je de strijd niet zal voeren. Het zal je proberen doen laten te geloven dat de strijd in de wereld van de ziel zielig is voor de valse machten. Ook zal het verschrikkelijk je identiteit proberen aan te vallen, om je daardoor onder controle te krijgen, door je aan jezelf te laten twijfelen.


10. Het zwijn van ongehoorzaamheid zal proberen je lust tot de strijd in de wereld van de ziel te verlammen. Het zwijn van ongehoorzaamheid maakt korte metten met de instincten van de oorspronkelijke ongetemde natuur van de wildernis.


11. De vertikale jacht is het ware principe van vruchtbaarheid. Een pijl in een valse macht is vruchtbaarheid. Het spannen van de boog is vruchtbaarheid, het ontmaskeren van een valse macht is vruchtbaarheid.


12. Het zwijn van ongehoorzaamheid eet en slaapt. Dat is alles waar hij voor leeft, en heeft zijn filosofie opgezet om dat in stand te houden.


13. Hij is een misleider. Gevoelens worden veroordeeld, niet op waarde geschat, maar onderdrukt. Hij maakte een doolhof om zich zo verborgen te houden, en laat de mens schijn-oorlogen voeren. Hij moest de mens afleiden, zodat ze niet tot het ware zouden komen, en hem niet zouden ontmaskeren.


14. Hij is als een gas in de lucht. Hij wil de vertikale oorlog uitdoven, de jacht, de vruchtbaarheid, om zo veilig te blijven. Hij koopt de mens om met geschenken. Hij deelt voetstukken uit. Zombificatie is zijn doel. Ook wekt hij medelijden voor zichzelf op, door de verlammende familie-banden. Hij bespeelt de emoties van mensen. Hij leidt hen tot de rots.


15. Gij wordt gebrandmerkt als vee door de vijand.


16. Gij zult ingedeeld moeten worden in stammen. Vertikale oorlog en jacht moet in balans komen. Ook vindt gij in de vertikale oorlog de strijd tegen de Heerin, zoals Jakob op Pniel tegen Haar moest strijden. Gij moet een test-strijd voeren tegen de Heerin. Gij mag uzelf niet zomaar overgeven, maar gij moet alles toetsen. In die strijd zal de Heerin en haar stammen u overweldigen, en op de heup slaan, zoals bij Jakob. Gij moet eerst kreupel geslagen worden, verbroken worden, zodat uw kracht niet zal roemen voor het aangezicht van de Heerin.


17. Gij moet de tijden en seizoenen van de vertikale oorlogen leren onderscheiden. Er is een strijd tegen de vijand, en een strijd tegen de Heerin.

18. In dit proces zal de tabernakel opgericht worden, wat ook juist de oorzaak zal zijn dat gij het beloofde land zult ingaan.


19. Het is de plaats waar het paradijselijke vuil naartoe leidt, wanneer gij dieper graaft in het paradijs. Dan kunt gij de overkant zien, de diepere laag in de grond. Het ware wassen gebeurt in het bloed van de vijand. Het is een teken van overwinning. De tabernakel die opgericht zou worden, was geroepen om vertikale oorlog en jacht weer in balans te brengen.


20. Dit is de plaats van bloed, en het betekent vernietigen en wassen in de diepte. Daarom is dit een belangrijk fundament voor profetie. Hier verliezen valse machten hun menselijke eigenschappen en worden stomme dieren.


21. Alles moet met stomheid geslagen worden, te beginnen in uw eigen leven, opdat de Heerin over zal nemen. Gij moet bewapend worden, na ontwapend te zijn, en uw stem hebt verloren. Dit zijn serieuze dingen. Gij zult namelijk voor elk ijdel woord geoordeeld worden. Allereerst moet gij de verlammende Vreze van de Heerin ontvangen wat u niet meer laat durven spreken, bang om een ijdel woord voor het aangezicht van de Heerin uit te spreken. Eén ijdel woord kan een heleboel kapot maken, voor een hele lange tijd. Wees zelfs bang om te ademen. Wat ademt u wel niet allemaal naar binnen ? Gij moet de heilige ademnood ontvangen.


22. Gij verliest uw stem als gij een ontmoeting krijgt met de Heerin. Gij zult tijdelijk niet kunnen spreken, of niet durven te spreken. Als gij zo'n ervaring nooit hebt gehad, of gij durft nog steeds uw mond los te trekken bij het minste of geringste, dan mag gij uzelf afvragen of gij ooit een ontmoeting hebt gehad met de Heerin.

23. De Heerin zal terugkeren, en de wateren zullen in bloed veranderen. Ook de maan, het licht, zal in bloed veranderen, en de zon zal duisternis worden. Gij zult allemaal terugkeren tot de Heerin en de Bloedvergieter zal u oordelen. Niemand zal aan de Heerin kunnen ontkomen.


24. In de paradijselijke grond kunt gij uw ziel terugvinden, in de bloedvergieter. Hiermee hebt gij te maken wanneer gij tot het bloed komt, maar wat voor u werd achtergehouden.


25. In de paradijselijke ondergrond, wordt gij geinitieerd, en ontvangt gij de heilige ziel. Hier leert gij de bloedvergieter en haar ijzeren wetten kennen, de wetten van het paradijs, de strenge wetten van oorlog en jacht. Gij zult terugkeren tot de paradijselijke ondergrond, met zijn rivieren van bloed.


26. Jakob komt in de vloed van het paradijs. Hij ziet de vijand om hem heen. Het zaad heeft zijn ogen geopend. Het is oorlogs-openbaring.


27. Hij vraagt dan of hij toegang mag hebben tot de grote baarmoeder van de Moeder Heerin. Dit is wat het zaad doet. Het zaad leidt tot de baarmoeder, de dood, waar wedergeboorte is.


28. Hij kwam in de baarmoeder van de hel waar hij de vrouwelijke rivaal vond, de grote verdrukking.


29. Hier vond hij de twistzieke vrouw.


30. Dit is de uitstorting van de oorlogsvoerende Moeder God. Het is het proces van sterven en opnieuw geboren worden.


31. Jakob kwam tot die leegte in zijn dodentocht. Het was een tocht van honger, waarin hij alles moest afleggen.


32. In honger wordt de Moeder God geopenbaard.


33. Jakob was in strijd tegen de hebzuchtige, materialistische, koopgrage maatschappij.


34. In deze strijd kwam hij tot de kraal van het klagen.


35. De moederschoot heeft als doel de vertikale oorlog. Het bereid voor op de vertikale oorlog.


36. Het is altijd de vraag : komt gij tot een diepere honger, of schakelt gij over tot kannibalisme.


37. Vruchtbaarheid heeft niets met hebzucht te maken, maar alles met de honger, het leeg worden voor de moeder God, zodat Zij u kan bewapenen.


38. In de tegenwoordigheid van de Heerin wordt gij uitgehongerd op alle gebieden, als een grote ontwapening. Dit om later de bewapening van de Heerin te ontvangen.


39. Jakob moest gaan tot het paradijselijke vuur, om zijn zicht terug te krijgen. In deze tocht en strijd raakte Jakob verlamd en kreupel. Jakob verdronk in vergetelheid, in visioenen van de moeder God. Hierdoor werd hij bewapend om het zwijn van ongehoorzaamheid te verslaan.





6. DE MOEDERBORST


1. De Heerin liet aan Jakob zien in openbaringen het pad van de Wet als de formule tot overwinning. Dit betekent : Gij moet de diepte leren kennen van de Wet.


2. Aan de rivier van openbaring werd Jakob ingewijd. Dit is een ondergrondse rivier.


3. Geboorte is een idool die u afleidt van uw eeuwige natuur. Gij moet terugkeren tot de rivier van openbaring, tot de eeuwige kennis.


4. De baarmoeder van de Moeder God bereidt u voor om de valse baarmoeder te overwinnen.


5. Dit is een leidraad door de wildernis.


6. Het is een veld van paradoxale symbolieken, als een onbekende, uitheemse taal waar gij nog geen weet van hebt. Dit is om de zielen te testen.


7. Onderhoud de dag van de vertikale oorlog en de jacht, dat gij die heiligt.


8. Het kinderparadijs wordt beschermd door de watervallen van leegte en vergetelheid. Diep binnenin is daar de herinnering, het roepen van de kinderen.


9. Jakob moest zijn geheugen offeren, om zo vrij te blijven van de valse machten.


10. Omdat gij dag en nacht door verkeerde invloeden wordt aangevallen, moet de Heilige Tucht voortdurend in u actief zijn, opdat gij niet misleid wordt en niet zondigt.


11. De tucht heeft tot doel u in vervoering te brengen, zodat u wordt verbonden aan de Heerin.


12. De tucht is een sprekend verbond, fundamenteel voor profetie.


13. Gij moogt de Heilige Tucht hiertoe aanroepen. Zij zal u voorbereiden op de vertikale jacht en de oorlogsvoering in het tussengebied, om zo de weg tot het paradijs te banen. Ook in het paradijs zelf hebt gij deze strijd te voeren. Kent gij al de gevaren die op de loer liggen ? Zonder de Heilige Tucht is er geen onderscheiding en bent u ten dode gedoemd.


14. Gij moet in de Heilige Tucht wederom geboren worden en van haar borst drinken.


15. Hier kwam de heerlijkheid van het paradijs uit voort.


16. De Heilige Vrees is hierin het begin van kennis en de hoogste kennis.


17. In de strijd om het beloofde land werd de tabernakel gemaakt, de nomadische tent, het symbool van het leven in de wildernis.


18. De strijd was tegen de valse machten van het geheugen. Dezen moesten geofferd worden.


19. Stof, vuil en aarde van de paradijselijke onderwereld brengt tot rust.


20. Jakob werd gekweld tot het einde, totdat zijn tong het uiteindelijk begaf, en hij stom werd voor de Heerin, totdat alleen de Heerin nog door hem zou spreken. Zijn tong zou aan zijn gehemelte blijven steken, zodat hij het volk niet zou bestraffen, want het was een weerspannig geslacht.


21. Gij moet bidden en smeken om de heilige stomheid, om aan Haar voeten neer te liggen. Ook Jakob werd tot die duistere stilte geleid.


22. De bruid is donker van huid, als de tenten van Kedar. Dit zijn de tenten van de duisternis.


23. De Onderwereld en de Vernietiger staan naakt, zonder bedekking, voor het Aangezicht van de Moeder God. Zij zijn als Jagers op u afgezonden om u terug te brengen tot de diepere plaatsen van de onderwereld.


24. De gekastijde gehoorzaamheid is een kamp voor hen die toegewijd zijn aan het Amazone geheim.


25. Kent dan de feesten en de seizoenen van de moederschoot.






7. DE OORLOG

 

1. Het is beter jezelf toe te wijden, af te zonderen, dan dat je de samenkomst de vernietiging in helpt.

 

2. De toorn en haat van de Moeder God rustte op Jakob, als de heilige scheiding.

 

3. Er is een wet van scheiding om de kennis te ontvangen.

 

4. Omdat overmoed nog steeds een erg gevaarlijke macht kan zijn in deze gebieden, is het komen tot de kraal van de heilige stomheid belangrijk. Zo kan alleen de moeder God uw mond openen.

 

5. Boven alles moet gij streven te profeteren, profetisch te leven, anders is alles een verloren zaak.

 

6. Jakob's visioenen en dromen waren zo verschrikkelijk dat hij naar de wurging verlangde, de vernietiging.

 

7. Alles wat de Amazones hem leerden werd in hem gekerfd.

 

8. Door de tuchteloosheid en de valse tucht, twee vurige pijlen op zijn boog, doofde SEPTUS het sterke vrouwelijke uit, en werd de vrouw de onderdaan van de man.

 

9. Het volk had de plaag van SEPTUS op zich geroepen door het geklaag en het afwijzen van de tucht. Dit was waarom zij werden overgegeven aan de SEPTUS.

 

10. Jakob moest hiertegen zijn speer oprichten.

 

11. Het is nu belangrijk om tot de dieptes van deze dingen te komen, om door alle voorhangsels heen te gaan, tot plaatsen waar SEPTUS je niet meer kan vervolgen.

 

12. Profetie is een oorlog.

 

13. Door honger werd Jakob voorbereid op de jacht op de buffels van mannelijke suprematie.

 

14. De man praalt in al zijn trots met zijn mascottes. De man wil heersen over de vrouw, en in zijn trots waant hij zich sterker dan de vrouw, en rooft haar energie. Hier gaat een verschrikkelijk oordeel over komen.

 

15. Door proza wordt de kennis ingedeeld en beveiligd, aan elkaar gerijgd. Proza is een literaire code, cryptisch van aard, die je in een nieuwe vorm van denken zet, als een soort van mentale drug.

 

16. Proza is taalkundige schilderijen die als doel hebben nieuwe mentale deuren te openen, om de kennis aan te sterken. Kennis is vaak gecodeerd verborgen in zulke schilderijen. Het heeft als doel caleidoscopische profetische gezichten van de onderwereld over te brengen. Ook het poetische kan een gedoseerde plaats hebben in het prozaische. Prozaische schilderijen kunnen helpen in de stimulering van profetie.

 

 

 

 

 

8. ORION



1. Jakob leidt dieper tot de duisternissen van het paradijs en de eeuwigheden. Dit is een teken van overwinning over de hebzucht en het ingaan van de honger, het vasten wat tot glorie leidt.



2. Jakob had zich onderworpen aan de nomadische tent in de wildernis, de tent van de moeder schoot, wat een oorlogsveld en arena is, een aanbiddingsplaats van een cultus. Het pad van Jakob is het pad tot het paradijs.


3. Jakob moest het zwijn van ongehoorzaamheid overwinnen. Het zwijn van ongehoorzaamheid werkt door lichamelijke kracht en welvaart, maar in de diepte betekent het afgoderij.


4. De Heerin draagt Jakob op om met een stam het geheugen te offeren.


5. Het geheugen is het communicatie-systeem van het zwijn van ongehoorzaamheid.


6. Het offeren van het geheugen geeft profetische dromen.


7. In de slachtplaats ligt de kraal van profetische communicatie.


8. Juist de troon is de profetische communicatie, de opslagplaats van de kennis, als de interactieve kennis. Dit werd gedragen door de wilden, als de getooiden.


9. De veren zijn hiervan een beeld. Hiertoe moest Jakob de haan van trots verslaan.


10. De verentooi komt voort vanuit die beproeving.


11. Hierom moest Jakob symbolisch gescalpeerd worden, om zo zijn trots te verliezen.


12. Daarom is het van belang om door te dringen tot het mysterie van de scalpering.


13. De haan van trots is een voorhangsel in haar tent, wat gij moet verscheuren.


14. Alleen verbrokenen, verscheurden, kunnen door dit voorhangsel heen. De rest zal zelfs vergaan, dus het is een zaak van leven en dood.


15. Ook dit is een deel van het beloofde land.


16. Belangrijk is het om de kraal van honger te dragen, tot verovering van de haan van trots.


17. Alleen door de honger kunt gij toetsen. Dit zal de plaats van de smekingen herstellen, wat belangrijk is tot verdere overwinning van de haan van trots.


18. In de strijd moet er gebruik gemaakt worden van oorlogs-strategieen : camouflage, spionage, en het imiteren. Op die manier waren de indianen ook succesvol in strijd en jacht. Er wordt gebruikt gemaakt van schijnbewegingen, misleiding en valstrikken.


19. In de slachtplaats liggen de kralen van profetie, kennis, ervaring en zintuigelijkheid. Gij moet tot de slachtplaats komen om de verblindingen van de haan van trots te overwinnen. De halsketen van de slachtplaats bezit deze kralen. De aarde is een slachtplaats, en kanibalisme viert daar hoogtij. De slachtplaats van de Heerin is de weg hieruit. Hier zijn de kralen van de tabernakel te vinden.


20. De slachtplaats van de Heerin is te vinden in de diepte van het gebied van de Amazones, in de diepte van het paradijs.


21. Dit is een langdurig proces, om menselijke inmeng te voorkomen.


22. Het oordeel begint bij uzelf.


23. Honger brengt u tot de moederschoot.


24. Honger brengt u tot het beloofde land, tot dienst aan de Moeder Heerin.


25. Door de kraal van het klagen en de kraal van honger komt gij tot de kraal van de slacht. Gij moet gewassen worden in het bloed van de vijand.


26. Door de kraal van honger onderwerpt gij u aan de Moeder Heerin, en zij zal u initieeren in de stammen. De kraal van honger is wat u aan de Moeder God verbindt.


27. De kraal van gehoorzaamheid is het begin van alles. Hierdoor bent gij kinderen van Moeder God. Zo zijn de kraal van gehoorzaamheid en de kraal van honger nauw aan elkaar verbonden.


28. De kraal van slacht richt een slagers-volk op.


29. Deze kralen leiden tot de kralen van rust en slaap. Zij leiden tot de kralen van water en zaad, waardoor gij terugkeert tot uw paradijselijke lichaam.


30. Door de heilige slaap wordt gij door het zaad veranderd.


Door profetie wordt de heilige slaap opgewekt. De heilige slaap is verborgen in profetie.


31. De heilige slaap wekt het zaad op. Dit is de paradijselijke droom waarin gij veranderd wordt, en uw paradijselijke lichaam ontvangt.


32. De heilige slaap is de vergetelheid.


33. Tussen de borsten van de Amazone ontving Jakob de kraal van slacht. Hij kwam hier door de kraal van honger. Hier ontvangt hij het slachtmes.


34. Door valstrikken, door verleiding en misleiding, worden de luchtgeesten overwonnen en overmeesterd.


35. De Moeder Heerin openbaart mysterie, allegorische uitleg, typologische symbolen en sacramenten.


36. De Moeder Heerin bewapende Jakob door verleiding.


37. Zij kwamen vanuit de heupen van de onderwereld, van de plaats waar het wapen is.


38. Om het afgedwaalde volk vatbaar te maken voor Orion, stortte de Moeder Heerin een soort heilige koorts uit, om tot ontlediging te komen.


39. De eeuwige tucht en kastijding is als een afgehakt lichaamsdeel hiertoe.


40. Dit teken zou hen in de tucht houden, tot de dienst aan de Moeder Heerin.


41. Orion is de verbintenis met de amazone, met het wapen, of de wapenrusting.


42. Dit zaad is een oorlogszaad.


43. Gij moet komen tot de moederschoot, komen tot Orion, anders hebben wapenen geen enkele zin.


44. Dit is wat de Moeder Heerin de mens schonk in het paradijs.


45. De zwellingen door honger en ademnood waren heel kinderlijk. Die zwellingen gebeurden door de druk van de heilige moederschoot, waarin het kind gevormd werd.


46. Je gaat dus over de lijn van het niets om tot iets te komen. Je gaat dus door de leegte. Dit staat tegenovergesteld aan het hebzuchtige grijpen. Gij hebt het varken van ongehoorzaamheid overwonnen door de leegte en de stilte.


47. De mens wilde niet getuchtigd worden, tot kennis komen en gedisciplineerd worden, maar losbandig leven.


48. Dit wordt ook wel de stoel van Eli genoemd, die zijn zonen niet tuchtigde, en daardoor zijn nek brak. Door de tucht van de Moeder Heerin te aanvaarden zult gij minder schade oplopen in de eeuwigheid. Deze tucht is dus om u te beschermen.


49. De verachting van de tucht leidt tot dwaasheid, die resulteert in een valse tucht.


50. Op uw tocht is het belangrijk om te strijden om tot overwinning te komen, om vandaaruit de kraal van vreze te ontvangen, die ook het begrijpen is.


51. De kraal van vreze is nauw verbonden met het verborgene, en wordt aan de overwinnaars geschonken.


52. De Vreze van de Heerin is het begin van de wijsheid. Wijsheid betekent oorlogs-kunde. Overwinnen betekent het ontvangen van de kraal van vreze.


53. De kraal van vreze is het oorspronkelijke, zuivere vrouwelijke beginsel, geschonken aan de overwinnaars, hen die zich hebben toegewijd aan de moeder God. Gij moet in haar opnieuw geboren worden om dit wapen te ontvangen.


54. Gij hebt de kraal van vreze nodig om de haan van trots te overwinnen. Gij hebt het samen met het verborgene nodig om eraan te ontkomen.


55. Zij zijn tot rust gekomen, en in slaap gevallen, door de kraal van vreze, wat als een bescherming om hen heen is. Zij hebben zich gewassen in bloed, in de grote verdrukking. Er is een nauwe samenwerking tussen de kraal van slacht en de kraal van vreze.


56. Het bittere bloed is waar de overwinnaars naartoe worden geleid. Zij worden wedergeboren door bloed.


57. Uw geheugen moet doorstoken worden om zo in verbinding te komen met de paradijselijke afgrond, de vergetelheid en leegte.


58. De man kwam tot de onderwereld, om strijd te voeren en te jagen, want er waren vele valse machten die hij moest overwinnen.


59. In het paradijs leefde men door heilige spasme, als het trekken van een wapen. Dit is de definitie van zaad. Spasme is hoe het geslachtsorgaan werkt. Spasme is hoe het hart werkt. Dit kunt gij niet onder controle houden, en werkt door de hogere natuur.



60. Gij wordt in het paradijs geboren door onderscheiding en visioenen. Dit is een proces. Als gij in het paradijs geboren wil worden dan moet gij kennis krijgen van de hogere natuur, en van de vijand.



61. De vijand vecht tegen het heilig zaad, tegen hen die de Moeder Heerin gehoorzamen.



62. De mens leefde in het paradijs van het visioen-brengende zaad, vanuit de vergetelheid, de paradijselijke afgrond.


63. Dit kwam voort vanuit de honger, niet de hebzucht. De heilige leegte, de heilige stilte van de wildernis, is nauwverbonden aan de honger.


64. Het lijden was bedoeld om de diepere betekenissen te openen en verbinding te maken met verloren delen van de onderwereld. Het was de verdieping van de frequenties.


65. Wijsheid is de droom interpretatie en de interpretatie van visioenen, als de wachtende vloed.


66. De vrouw is het oorlogs-deel van het mannelijke.


67. Het is een abstracte kunst. Het is een spel. Alleen esoterie kan de diepten van de putten van religie verklaren.


68. Ze heeft goed en kwaad voor een reden, als een kunst.


69. Het is alleen de pijn van ontwaken, de weg naar verduistering en onthechting. Het is een proces van evolutie. Ze is dualisme.


70. Gij moet leren leven vanuit Orion, vanuit het eeuwig zaad van Orion.


71. Orion zal langzaam overnemen. Orion zal de lucht meer en meer infiltreren.


72. Dit is om het heilige bewustzijn te herstellen. Dit is de ware betekenis van heilige, esoterische sieraden, wapenen, dat het getuigen zijn, bewustzijnen.


73. Gij moet komen tot deze bloedlijnen in Orion.


74. Als het toetsen volkomen is worden er de juiste schakels gevonden.


75. De honger is de heilige sieraden die de kennis en het eeuwige zaad dragen, en de plannen van de Heerin, om die door u tot heilige uitvoer te brengen.


76. In de honger is het mysterie opgelost. De honger graden worden verborgen gehouden in de mythologieen. Gij zult moeten groeien in de honger en de gehoorzaamheid.


77. Er hangt een voorhangsel voor de honger.


78. Gij moet komen tot de rivier van de honger om openbaring te krijgen. De honger wil u inwijden in de graden van profetie.


79. De honger is een arena waar alle dingen getoetst worden, waarin de gehoorzaamheid zich openbaart als het volkomene.


80. In de heilige halsketen zijn honger en gehoorzaamheid verwerkt.


81. Gij moet komen tot de eeuwige stilte en balans vinden.


82. De rivier van weeklacht leidt tot de paradijselijke afgrond. In de leegte zal alles heel traag en moeizaam ontstaan door klagen en smeken, zodat er niet gemakkelijk over gedacht wordt, het niet misbruikt kan worden, en het niet trots maakt. Daarom is de rivier van weeklacht eeuwig.


83. Dit is om te leiden tot de voeten van de grote moeder, haar fundament. Jakob maakte Haar voeten nat met tranen. Alleen zo kon hij het zwijn van ongehoorzaamheid verslaan.


84. In de kennis is geen vrijheid, maar strenge wetmatigheden. Kennis is ascese en gehoorzaamheid.


85. De kennis is de esoterische voortplanting, de verjonging.


86. In Orion hebt gij loon. Dit loon komt alleen door verbintenis aan een stam, en aan de moeder.


87. Het heilige meetsnoer is een oordeel op hebzucht, het varken van ongehoorzaamheid.


88. Er is geen jacht mogelijk zonder gehoorzaamheid. Jacht zonder gehoorzaamheid geeft de vijand macht over u.





9. BELIM


1. Orion is een paradijselijke opslag ruimte van medicijnen en wapenen.


2. De wildernis leidde tot de paradijselijke afgrond, tot de Orionse leegte.


3. Dit is hoe de mens kwam tot een diepere ervaring in het paradijs.


4. Offeren betekent oorlog voeren, en dit is dan tot de strijd tegen de valse machten.


5. Om hiervoor in aanmerking te komen moest men ingewijd worden in heilige gehoorzaamheid.



6. Orion komt om in ballingschap te drijven. Ze zijn bewapend met pijlen en bogen, en komen om honger en verwoesting te brengen. Zij leiden tot de Amazones.


7. Zij komen van een verborgen plaats in de onderwereld, als een jagersvolk, naakt of halfnaakt. Zij komen vanuit de heupen van de onderwereld, van de plaats waar het wapen is, van een zachte plaats of schacht. Dit is waar Jakob kreupel geslagen werd, de heupen. Dit is een ver volk.


8. De elite vreest het uithongeren, want dan zou de mannelijke suprematie zijn kracht verliezen. De elite vreest daarom ook de geheimen van Orion.



9. Dit is een ritueel van ascetisme, om zo tot de Orionse afgrond van het paradijs te komen.


10. De elite vreest dit, omdat Jakob hierdoor de stammen zou voortbrengen.


11. Gij moet geinitieerd worden in de mysterieen.


12. In de diepte van Orion is de heilige slachtplaats, die ervoor zorgt dat niets onnodig of voortijdig in de slachtplaats terecht komt en die ervoor zorgt dat niets voortijdig of boven de maat wordt veroordeeld.


13. De grote waterdiepten zijn de paradijselijke Orionse afgrond.


14. Dit gebied is belangrijk gebied om los te komen van SEPTUS.


15. Het paradijs van Orion werd verborgen gehouden onder de scheppings-mythes van het christelijke geloof.

16. De aarde is een schepping van en in Orion, die de illusie geeft dat het buiten Orion is. Het is belangrijk om uw orientatie terug te krijgen, en te gaan tot de paradijselijke Orionse afgrond.


17. Uw zielen werden opgesloten in de Orionse Matrix. Hier kreeg gij de aarde illusie geinstalleerd waardoor gij uzelf nu op aarde waant.


18. Beloch is de matriarch die Orion veroverd heeft. Zij troont in Belim.


19. De kennis over de valse machten en hoe die te bestrijden gaat diep. Er zijn geen wazige rituelen, maar alles heeft een duidelijke reden. Zij die aan zulke rituelen deelnemen zonder de betekenis ervan te weten, zonder ingewijd te zijn, zullen er krankzinnig door worden. Kennis is een belangrijk element en ging vaak oraal, opgeslagen in symbolen.


20. Kennis komt door overwinning over de vijand.


21. Gij moogt de structuur van de vijand niet onderschatten.


22. De eeuwige kastijding houdt u veilig tegen roofdieren.


23. Het is de grote moeder kennis tegen de buffel van mannelijke suprematie.


24. Gij moet van het letterlijke komen tot het symbolische.


25. Laat een ieder waken over dit boek, en komen tot de dieptes van dit boek, tot verdere overwinning. Zalig zijn zij die dit boek begrijpen, en vervloekt zijn zij die dit boek verachten.





10. DE OPVOEDING


1. Als gij het zwijn van ongehoorzaamheid hebt verslagen, kunt gij komen tot de kralen van bloedrelaties, dieper in de paradijselijke afgronden. Dit zijn de hooggeorganiseerde bloedrelaties binnen de stammen, als een civiel systeem.


2. Dit betekent het vinden van een plaats in de stam, het vinden van een taak, en onderlinge verhoudingen. Dit vindt dus plaats in de nieuwe zintuigen.


3. Dit is gemaakt door de visioenen van oorlogsvoerende vrouwen.


4. Vaak is het niet eens zo dat de vijand tegen u strijd, maar de grote moeder zelf. Wel is het zo dat de moeder soms de vijanden als voorwerpen gebruikt.


5. Door uw banden en ketenen worden ook anderen tot gehoorzaamheid gebracht.


6. Alles gaat om het vaststellen van prijs en loon, als een meetinstrument.


7. De eeuwige jachtvelden zijn de velden van de herinneringen.


8. Gij moet volharden in het verdragen van de kastijding.


9. De opvoeding en de kunst, hebben een veel hogere waarde dan de liefde, omdat het veel gedetaileerder is, en veel meer te maken heeft met gerechtigheid en diepte, om zo tot een meer realistische benadering te komen van alles. Dit verschaft veel werk, en dat is juist ook wat gedemoniseerd wordt door de elite.


10. Door de verdrukkingen wordt uw gehoorzaamheid verdiept. Juist hierdoor blijft gij in leven. Zonder deze tegenkracht zoudt gij sterven. Er moet een tegenwicht zijn. Gij moet dit leren herkennen en leren waarderen.


11. Gij hebt de tegenkracht nodig. De Grote Moeder schiep deze kracht om u tot de baarmoeder te drijven.


 

 

 

11. DE VERWONDING


1. Jakob had Orionse vrouwen, wat een beeld is van dat hij kwam van het afgeslotene tot het voortgaande.


2. Hij moest hen voedsel verschaffen. Dit was een esoterische uitbeelding van zijn overgave aan de Orionse kennis.


3. De grote moeder was voor Jakob als een wild dier, de stam van grote vrouwen, de duistere, verre kennis van Orion.


4. Het volk zal teruggeleid worden tot de Orionse fundamenten, om zo opnieuw Orion binnen te gaan.


5. De mensheid was geworpen in de rivier van de kinderverslindende god.


6. Ren de wildernis in. Leg al je kleren en wapenrustingen af, en duik in het water van de wildernis. Zwem rivieren over, en kom tot de dieptes van de wildernis. Blijf niet staan. Ook als je een tent ergens hebt opgezet, wees nomadisch, zet de tocht na een tijdje weer verder, want ze zijn op jacht.


7. De nomadische tent is een belangrijk feest wat herinnert aan het belang van loslaten en opnieuw beginnen, om zo geen prooi te worden van de vijand die achter je jaagt. Het herinnert dat alles slechts een tijdelijk onderkomen is.


8. Er is een dieper lijden waarin je tot een diepere gewaarwording komt. In dit gevecht kun je gewond raken, maar dit is om visioenen op te wekken.


9. Een oorlogsboek ligt op de rand van haar tong. Zij zegt de oorlogs-spreuken en oorlogs-verzen hardop.


10. Zij is de wraak van de kennis.


11. Er zal geen trots zijn, maar angst. Een speer gaat door de valse dromen.


12. Hebzucht is een droom van macht, maar al zijn wegen leiden tot de dood, en allen die tegen haar strijden.



13. Er is een diepere oorlog, een oorlog die gij bent vergeten. Allen die hebzucht bestrijden zullen door haar sterven.


14. Hebt gij dan niet de hebzucht om de hebzucht te overwinnen ? Jaagt gij nog steeds in dit veld ? Was gij door de amazone opgeleid ?


15. Ook dit is slechts ijdelheid.


16. Waarom zou je je tijd verdoen met jagen, terwijl je kunt leren ? Waarom zou je je tijd verdoen met oorlog voeren, terwijl je meer inzicht kunt krijgen ? Verdoe je tijd niet met slapen. Er is een tijd om te vluchten, en om wijzer te worden. Er is een tijd om kennis te vergaren. Dan worden alle wapens afgelegd. Als je dat niet doet, zullen je wapens je verslinden.


17. U kan niet van ze winnen, want het zijn hallucinaties. Het zijn illusies om u af te leiden. Het probleem is iets anders. U moet er doorheen prikken.





12. DE ZEE


1. Men gaf niet meer om de eerlijke beloning, maar om de misleidende gave.


2. De onverdiende gave is een gif dat misleidt, illusies geeft, en leidt naar de vernietiging.


3. Zij worden gewurgd en gegeten door het kannibalistische ras.


4. In het verborgene, wat hetzelfde is als stomheid, het niet spreken, geeft de Heerin oorlogs-taktieken.


5. De communicatie zal gaan in en door de Vreze van de Heerin.


6. De Voeten van de Heerin zijn de drager van verhalen.


7. Er is daarom een oorlog aan de Voeten van de Heerin.


8. Een man staat niet boven een vrouw, en een vrouw niet boven een man. Zij zijn gelijkwaardig, maar van binnen heeft iedereen een man en een vrouw, als symbolen. De man moet terugkeren tot de moederschoot om een ontmoeting met de moeder te hebben, om zo weer kind te worden. Dit gebeurt binnenin. Onder de hoede van de moeder kan de man opgroeien, maar zal altijd kind blijven, haar kind. Waar dit niet gebeurt vindt vernietiging plaats, en corruptie.


9. Zij die in de eindtijd de plaats van de voet niet begrijpen, en zich niet aan de voet van de Heerin hebben onderworpen, zullen door dezelfde voeten vertrapt worden en de vernietiging tegemoet gaan, want er is geen leven buiten deze voeten om.





13. ISMAEL


1. Ismael gehoorzaamde de moeder, en leefde volgens de profetie in vijandschap naar alle mannen, en alle mannen leefden in vijandschap naar hem. Hij was een vechter.


2. Ismael was dus degene die door zijn moeder werd ingewijd.


3. Ismael leidde het volk tot de voeten van de moeder.


4. Gehoorzaamheid is ook overgave.


5. De opvoeding is een oproep tot de vertikale oorlog tegen de valse machten.


6. Door de besnijdenis van het verstand, ontvang je de kennis en kom je in verbinding met de moeder. Het mannelijke onbesneden verstand kan niet tot haar komen.





14. HET ZAAD


1. Als gij tot de grootste en eeuwige zwakheid zijt gekomen, komt gij daardoor ook tot een soort van spasmische sterkte. Sterkte is dus niet zomaar kracht. Neen. Sterkte is alertheid, dus een hogere vorm van gevoeligheid.


2. Dat wat men goed noemt is vaak hypocriet en tuchteloos. Goed en kwaad moeten dus hergedefinieerd worden, in een grotere context geplaatst worden.


3. De kennis gaat om diepe initiatie en de condities zijn hoog. Gij hebt niet met letterlijkheden te maken, maar met symboliek en zelfs cryptiek.


4. De wet is een boogschutter.


5. Ismael is bewapend met valstrikken voor de jacht. Ismael's bewustzijn heeft het verstand in een ander patroon gebracht.


6. De heilige woede heeft het zaad van het paradijs.


 

 

 

15. DE INSTITUTIE VAN ISMAEL


1. Het evangelie betekent zicht op de getijden.


2. Gij moet u uitstrekken naar de halsketen van het paradijs, wat leidt tot visioenen.


3. Deze halsketen is als een liturgische kalender.


4. Voor elk kwaad is er een straf. Zij die de tucht hebben gelasterd worden opgehangen aan hun tongen.


5. Ismael hing de tongen van de vijand aan zijn riem.


6. Ismael roept op tot vertikale oorlog, roept op tot kennis.


7. De Moeder God schiep genade als een strik voor de dwazen. Het is het oordeel over hen die de kennis hebben afgewezen.


8. Strekt u daarom uit om het halssnoer te ontvangen van het zuchten en klagen over deze dingen.


9. Op deze plaats zou Ismael in staat zijn de woorden van de grote moeder te horen en gehoorzamen, waaruit profetische liederen zouden voortkomen.


10. Zijn voet zou een institutie oprichten als een pad. Dit is het pad van Ismael.


11. Ismael is bewapend met verzen.


12. De Ismaelitische wapenrusting werd gewonnen uit de grond van het paradijs, waarin het paradijselijke lichaam werd gemaakt.


13. Gij moet ingesmeerd worden met de grond van het paradijs, om veilig te zijn tegen de luchtgoden.


14. De scheiding is het leven. Schepping vindt alleen plaats in de leegte, waar gij tot de diepste, grootste en eeuwige scheiding moet komen, om van alles te onthechten.


15. Esoterisch gezien gaat het hier om terugkomen tot de moeder.


 

 

 

 

16. KANAAN


1. Visioenen hebben is waar het hele evangelie om draait.


2. De beschrijving van het kwaad is vaak neutraal, en kan gebruikt worden aan beide kanten.


3. Als de tijd om is, dan moet je weer weg, en moet je het weer teruggeven. Dit is waar dit allemaal oorspronkelijk voor staat.


4. Door deze verbindingen valt de troon van de vis van eenzijdigheid.


5. Dit zijn oorlogs-mysteries.


6. Juist in de nacht manifesteert Zij zich door dit proces.


7. Als een boog moet gij u hierin verharden.


8. Ismael kreeg dit als een visioen van naaktheid.


9. Kanaan werd het beloofde land.


10. Het is een land waar alles omgedraaid is.






17. HET RUND


1. Ismael betekent overgave en onderwerping aan de wil van de Allerhoogste.


2. Zij die gehoorzamen zijn sterker voor Haar.


3. Ismael werd in bitterheid geleid tot de duistere, verborgen tabernakel van de Moeder in de wildernis, de plaats van de wilde dieren.


4. In stomheid kwam hij tot het amazone-kamp. Hij moest verstoten worden. Nooit zouden ze hem aannemen. De amazone heeft geen zonen, is geen moeder.


5. In diepte komt dit erop neer dat gij in angst wegvlucht van het beeld wat gij van de Moeder hebt gemaakt, vanwege de verschrikkelijke terreur, en het feit dat Zij u wegjaagt.


6. Hier zult gij in de diepte de kleinste kennis vinden.


7. Kennis zal alleen gevonden worden in fragmenten.


8. Alles wordt hier gemeten.


9. In de rivier van stilte wordt deze contradictie teruggevonden.


10. Zo zullen alle herinneringen in het vuur zijn tot sieraden.





18. DE DONZIGE BRUIDS-VOGEL VEREN


1. De Grote Amazone schiep de hemel en alle planeten, dus ook de aarde, in de wijnpers die getreden wordt met de voeten.


2. Door Haar Woord schiep zij de gewesten en de onderwereld, door het bloed van de vijand. Door het bot van de vijand richtte Zij Haar kampen op.


3. En ziet, velen zullen ten onder gaan in grote toorn, omdat zij hun wapens veracht hebben.


4. Strijd daarom om in te gaan, want velen zijn geroepen, maar weinig zullen behouden worden.


5. Zo zal dan de kennis vermeerderen van hen die Haar tot deze dingen hebben gevolgd. Zij lieten alles achter voor Haar. Wie niet haat zijn eigen leven, kan Haar niet volgen.


6. De onderwereld zal wijd openscheuren onder het gewicht van deze dingen, en vele dingen zullen geopenbaard worden.


7. De kennis bewaakt Zij. Zij zendt dromen tot Haar boogschutters.


8. In diepe woestenij zal Zij geopenbaard worden. Haar tent is gemaakt van het bot en de huid van de vijand. Een grote steen staat voor Haar grot. Tot steen zal Haar vijand zijn.



 


19. DE TENTEN VAN KEDAR


1. Ismael is een streng huursysteem.


2. Gif te transformeren tot medicijn is een aparte kunst in het oorlogsvoeren.


3. Zo kunt gij een oorlogs-schild vervaardigen.


4. Gij moet met het gif leren werken, er gewend aan raken, het leren gebruiken en toepassen tot medicijn.


5. Het medicijn is als een sieraad.


6. Hier zit een raadsel in verborgen, namelijk dat zij weten dat het verleden begrepen zal worden, en dat door andere combinaties van het verleden, binnen het verleden, dit de toekomst zal zijn, dus eigenlijk is er helemaal geen toekomst, maar alleen het veranderen van het verleden. Alles is dus al gebeurd.


7. Alles staat of valt dus door dosering en samenhang. Alles zal onderhevig zijn aan terug-vertaling en door-vertaling, zodat de betekenissen zullen veranderen. Dit gebeurt allemaal in het verleden.


8. Dit is dus de contradictie tussen nachtmerries en dromen. Je moet hierin de patronen zien te ontdekken, want het zijn je pijlen in de eeuwigheid. Je pijlen zullen niet diep doordringen, wanneer zij geen nachtmerries bevatten, wanneer zij niet eerst heel diep in jezelf zijn gegaan.





20. KEDAR


1. Het koningschap in u moet sterven, doorboort worden, opdat gij geinitieerd wordt in de onderwereld en de wildernis.


2. Dit is de ware opstanding, de opstanding in de naakte wildernis, de initiatie in de naakte stam. Zij leven in leegte en duisternis.


3. De Wet betekent sieraden. Dat is de enige manier waarop gij u kunt sieren : door de wet van de kennis.


5. Voor u is het zaak om het nachtvisioen te laten komen.


6. Gij hebt hier te maken met de oorlogstaal van de Amazones.





21. DE BORSTEN


1. Ismael had geweldadige visioenen.


2. Zij herstellen de Ismaelitische inzettingen.


3. Deze visioenen openen de zintuigen.


4. Gij moet ingewijd worden in het grote visioen. Dit is een Amazone visioen.


5. Zij is als de paradijselijke rivier.


6. Haar borsten zijn medicinaal.


7. Zij is de slaap die over Ismael viel.


 

 

 

22. HET BLOEDVERBOND


1. Het is niet alleen een strijd. Ook moet je het medicijn toepassen.

Van belang is het verbreken van het mannelijke suprematie syndroom.

Dit is in de symboliek en de esoterie een belangrijk item.

De geboorte vindt plaats in de belegering door de Amazones.


2. Gij ziet een beest heel duidelijk terug in de gevallen cultuur : Alles draait om de billen. Schaamteloos laten vrouwen hun billen zien, alsof daarmee alles gezegd is. De billen-aanbidders buiten de vrouw uit in materialistische zin, als een lustobject waar geen kennis aan verbonden is. De wraak van de Moeder rust hier op. Vrouwen worden zo op een lager plan gezet en alle aanbidding is dus vals. Zij bespotten de Moeder.


3. De billen van de amazone hebben te maken met oordeel, met de jacht en de slacht, en niet met goedkope feestjes van ongehoorzaamheid. De billen van de amazone zijn in de diepste en duisterste wildernissen, als een groot religieus en ritueel geheim van duistere kennis. Zowel de schoot als de billen van de amazone zijn vruchtbaar en baren kinderen.


4. De billen van de amazone zullen de patriarchie verbreken.


5. Ismael keek in verwondering naar Bilha op het beest.

Ismael keek naar Bilha's dodelijke billen van Bilha die op het beest reed, en aanbad Haar.

De billen zijn namelijk een beeld van vernietiging en schepping, een beeld van de verstrikking en de tucht. Niemand komt daar zomaar overheen.


6. Niemand gaat daar even voor staan om er even een mep op te geven. Neen. Deze billen brengen verbrokenheid. Niemand gaat daar even voor de gezelligheid naar staan kijken, en dan breeduit lachen met gouden tanden, met de broek half afgezakt. Deze billen zijn dodelijk en zijn in een woeste jacht.


7. Alles moet getreden worden in de wijnpers. De voet is een beeld van het laatste oordeel. De voet is ook niet iets wat zomaar schandelijk vertoont kan worden overal, om geexploiteerd te worden. Het is een heilig, duister beeld van de kennis, een teken van oordeel. Er gaat een verschrikkelijk oordeel komen over alle valse, schaamteloze voeten van de gevallen cultuur.


8. TEMET is een groot sieraad van vernedering, een amazone van visserij die woont aan de wateren. Gij moet ontwaken tot haar realiteit. Zij heeft de vijand onderworpen. Zij is ook een zwijnenjager.


9. Gij moet door de voorhangsels van de nacht heengaan.


10. Ook Ismael wijst op de Grote Nacht als de bron van openbaring.


11. De Grote Nachten hebben een heleboel voorhangsels opgericht, om het geheim van de kennis verborgen te houden.


12. Dit zijn de bronnen van de heilige vertraging en de heilige bevriezing.


13. Ismael werd ingewijd in de geheimen van het heilige ijs.


 

 

 

23. HET HUIS VAN BILHA


1. Gij moet de grote rivier, het rivierengebied, over om te komen tot de cryptiek en esoterie.

2. Gij moet komen tot het huis van Bilha.

3. De paradijselijke rivier leidt tot Haar huis.


 

 

 

24. DE ESOTERIE VAN ORION


1. Saul is de kennis van de moederschoot, de kennis van de onderwereld.


2. Saul kwam om het volk te initieren in de mysterieen.


3. Saul representeert de bloedlijn van Orion.


4. Na de verbreking van het zegel van de mannelijke, patriarchische Orion is het belangrijk om tot de oorspronkelijke vrouwelijke, matriarchische, amazone Orion te komen. Er is een wereld van verschil tussen het mannelijke en het vrouwelijke Orion.


5. In de esoterie moet gij komen van de mannelijke Saul tot de vrouwelijke Saul, die de heilige Ziel is. Ahn moest komen tot Saul, tot Orion.





25. IZAAK EN TEMET


1. In de Orionse mythologie moest Izaak tot de onderwereld gaan, tot Temet, om in Haar wederomgeboren te worden. Temet is de slachtpaal, het slachtblok en de slachtplaats. Zij is de amazone van de schepping.


2. Temet leidde Izaak tot een grot genaamd 'de moederschoot'. In die grot moest hij een tocht door de onderwereld maken. De eerste die hij in de grot tegenkwam was Bakroe, de amazone van de oorlog.


3. Als tweede kwam hij Bosse tegen, de amazone van de wildernis.


4. Hij raakte met beiden in gevecht. Daarna kwam hij tot de vrouwelijke Salomo, genaamd Salome.


5. Daarna kwam hij tot de vrouwelijke Paulus, die genaamd was Saulus en Saul. Zij was genaamd Saule. En hij noemde haar Mama.





26. LOCH


1. En Saule, de vrouwelijke Paulus, die Mama werd genoemd, schreef de Orionse Koran.


2. Nu, zegt de Koran niet dat wat in de borsten zit geopenbaard zal worden ? Zij zegt dit in het boek van de Aanvallers.


3. En zegt de Koran niet in het boek van de Ramp dat de hel de Moeder is ? En de bergen zullen zijn als losgemaakte wol door de ramp van dit vuur.


4. Abraham knielt voor drie boeken van de Orionse Koran in de gedaantes van amazones : Zij die doet Knielen, Zij die Twist en Zij die boete laat doen.


 

 

 

27. KAPERNAUM


1. En Samuel kwam tot de vrouw Kapernaum en tot de vrouw gezeten op een beest.

2. En ziet, de vrouw Kapernaum was getooid en was als de tent van de Heerin.

3. En Samuel deed dienst in de tabernakel.


 

 

 

28. SARAM


1. De vrouwelijke Noach is N. Kwam Zij niet tot u met vele schepen om u te nemen tot de afgrond van Saram, wat door de Romeinen Mars genoemd wordt ?


2. Ziet, Zij waarschuwde u voor lange tijden, maar gij luisterde niet naar Haar.


3. Zo kwam Zij om uw wereld in vuur te laten vergaan.


4. In de dieptes van Saram gaf Zij u nieuw leven, en opende uw oren.


5. Volg Haar dan, en luister naar Haar stem.


6. Zij spreekt in vuur, het vuur dat uw wereld verbrandde.


 

 

 

 

29. HET ZAAD VAN HAM



1. De vrouwelijke Kain is de Amazone letter 'U'.


2. Zij leidde de volgelingen van Ismael tot het land Nod door de Orionse Koran.


3. NOD betekent het land van de nomaden, van de tijdelijke tenten, ook het land van de weeklacht.


4. Dit was dieper in het paradijs, dieper in de oorspronkelijke wildernis, dieper in de onderwereld.


5. Nod is de paradijselijke afgrond, waar Orion en Saram elkaar ontmoeten.


6. In de Saramse mythologie bracht niet Noach de zondvloed, maar Ham.


7. Dit was de zaadlozing van Ham.


8. De zondvloed is het oprijzen van de fallische energie door het geslacht en nageslacht van de vrouwelijke Kain, de amazone letter 'U'.


9. Dit is het land NOD, de brug tussen Orion en Saram.






30. DE HITI


1. In de Mythologie van Nod komt de Egyptische ballingschap voor in een andere vorm. In het boek Het Gaan Door de Nacht van de Koran, staat dat op de dag des oordeels iedere vrouw haar zuigeling zal vergeten.


2. In de Mythologie van Nod komt dit terug in de Amazone ballingschap. Het gaat hier niet om Mozes, maar om Abraham.


3. De amazones wierpen zuigelingen van het mannelijke geslacht in de rivier, maar dit is slechts symbolisch.


4. De 'verdrinkingsdood' betekent iets diep in het hart en het verstand laten zinken, als het ontwaken tot de juiste betekenis.


5. Verdrinken mag dus niet letterlijk genomen worden, maar is een metafoor voor vertaling, het begrijpen.


6. De mannelijke zuigelingen werden symbolisch 'verdronken', wat een beeld is van de opvoeding. Zij kwamen tot een diepere gewaarwording in de baarmoeder waarin zij 'verdronken.'


7. Hiervan is Mozes een beeld, wat in de mythologie van Nod Abraham is, als de ware betekenis van de dag des oordeels.


8. Een stam van Amazones aan de rivier van het verdrink-offer is de Hiti.






31. DE ZUKKI


1. Een grote Amazone stam aan de rivier van scalpen is de Zukki stam. Dit is de stam van 'U', de vrouwelijke Kain.


2. De Zukki stam leidde het volk van Ismael door de wildernissen tot het land van Nod.


3. Ook Abraham behoordde tot het volk van Ismael. Vaak werden hen van het volk van Ismael 'verkocht' door de Hiti stam aan de Zukki stam.


4. Dit is niet letterlijk een 'slavenhandel', maar symbolisch. De 'handel' is een beeld van purificatie, een tocht, een rechts-systeem, de grens, een plaats in de onderwereld.


5. 'Slavernij' is een metafoor van heiligheid en bescherming. Alleen door opvoedkundige restrictie kon het volk van Ismael tot Nod komen. Nod is een gebied in het land Kanaan, het beloofde land.





32. HET EVANGELIE VAN ISMAEL


1. En Ismael werd een machtig heerser in het land Nod.


2. Koningschap is symbolisch voor iemand die de valse machten heeft overwonnen, het kwaad.


3. Dat is een ware koning.


4. Ook 'God' is een metafoor, van kennis en loon. Hiertoe is het evangelie gekomen, om te laten zien dat er een weg tot God is door kennis en persoonlijk loon.


5. God is verantwoordelijkheid. Gij moet zelf als God worden.


6. Hierin zijn verschillende valstrikken. Er moet een rechtmatige balans zijn tussen God zoeken en God zijn.


7. Ook moet er een rechtmatige balans zijn tussen jezelf onderwerpen aan God en God worden. Dit is het evangelie van Ismael.


8. Zij die dit evangelie niet hebben staan schuldig aan projectie.



 

 

 

 

33. DE HEILIGE NACHT


1. Dit boek roept op om tot de Heilige Nacht te gaan, te wachten op de Heilige Nacht, en de Heilige Nacht te ontvangen.


2. Een ziel kan tot de Moeder God komen door de Heilige Nacht.


3. Die Heilige Nacht verschijnt na een tijd van alleen te zijn met de Moeder God, na een tijd van alles af te leggen voor de Moeder God, na een tijd van luisteren en bidden tot de Moeder God.


4. Waarom is de nacht zo belangrijk ? In de nacht is alles rustig, is er geen afleiding door de aardse dingen, en valt het lichaam in slaap, zodat de Moeder God kan overnemen, en de ziel kan brengen tot de hogere wereld.


5. Daarom is het belangrijk op de Heilige Nacht te wachten en ervoor te bidden om de Heilige Nacht te ontvangen. Het is dus iets heel moois.


6. Het is iets wat de christen en de moslim kan verbinden, en zo kunnen ze van elkaar leren en langzaam doorgroeien tot iets groters dan alleen maar hun eigen religie. Het goddelijke is veel groter dan alleen maar één religie.


7. De mens moet in de nacht het goede ontmoeten, en het kwade verslaan door het goede, om zo in de Moeder God tot wedergeboorte te komen. Dat is allemaal symboliek.






34. DE ORIONSE OPVOEDING


1. Een vrouw in dikke, lange gewaden neemt een jongen mee aan haar hand.


2. Zij gaan een stenen huis binnen, waar ze haar gewaden afdoet. Haar lichaam is geharnast met riemen, als een amazone.


3. Zij leert de jongen de oorlog. De naam van de jongen is Ismael.


4. De oorlog is het symbool van tijd, van de afwisseling van de seizoenen.


5. De vrouw trekt haar gewaden weer aan, en neemt de jongen mee naar de markt. Zij gaat steeds trager en trager. Zij is de Heilige Nacht.






35. DE ZOETHEID


1. En ziet gij de geest van Nehemia, die de valse tempel bouwde en het valse lichaam van mannen en vrouwen ?


2. Ziet gij wat deze geest heeft gedaan ? Het is een schande!


3. Ziet, deze gruwel werd door de mannelijke Nehemia opgericht. Gij geheel anders, volg de vrouwelijke Nehemia.


4. Ziet, Zij is de letter T van het Amazone alfabet.


5. Zij bracht het gebed terug en herstelde de tabernakel, de tenten en de kampen.


6. Ziet, Zij herstelde het lichaam.


7. Zij herstelt de dienst tot de Moeder.


8. Zij leidt tot het Heilige Land, Vuk.


9. Zij leert hen te bidden het gebed van de Opening, de Moeder van de Orionse Koran.


10. Dit is het gebed van de Zoetheid : Heerseres van de dag des oordeels, U alleen dienen en aanbidden wij, en U alleen smeken wij om hulp. Leid ons op het rechte pad, het pad van hen die U gehoorzamen, niet het pad van hen die onder Uw toorn zijn, noch van hen die dwalen.






36. DE AMAZONE KERK


1. Help ons tegen het ongehoorzame volk. Gij bent onze Heerseres.


2. Wij hebben geluisterd en gehoorzaamd.


3. Aan U behoort toe wat in de hemelen en op aarde is.


4. U leidt het ongehoorzame volk niet.


5. De Heerin geeft leven en doet sterven. Zij doet de ongehoorzame verstommen. Gehoorzaamt daarom, voordat de dag komt waarop er geen handel zal zijn, noch vriendschap, noch bemiddeling.


6. De Heerin vermindert en vermeerdert en tot Haar zult gij worden teruggebracht. T, de vrouwelijke Nehemia, is een reformator. De onheiligen bouwen een onheilige tempel.


7. Maar T herstelt de kerk van de Heerin, de amazone kerk. Zij is het teken van overwinning.



 

 

 

37. DE GROTERE WERELD


1. De Heerin weet, en gij niet.


2. Er zijn mensen die zeggen : 'Heerin, schenk ons veel in deze wereld,' maar voor hen is er geen aandeel in de grotere wereld.


3. Dit zijn hen die niet dichtbij de heilige amazone kerk wonen.


4. Ziet, het Westen is de Donkere Vallei.


5. Neem dan de vijf straffen waar : de honger, de verbanning, de gesel, de betaling en de dood.


6. Trek daarom al uw legers en troepen terug.


7. Alleen door de grote moeder te dienen zult gij komen tot de verte.


8. Van Haar zijn de relaties met hun verplichtingen.


9. Van Haar zijn de onderscheidingen en hun instituties, hun gebruiken en rituelen.


10. Gij moet opgroeien door Haar woorden.


11. Weest dan gevoelig voor haar waarschuwingen, opdat gij wijs zult zijn.


12. Wanneer strengheid genade overwint zal er voorspoed zijn, maar als genade strengheid overwint kan er geen verdienste worden bereikt.


13. Daarom, al Haar strijders : span u in, neemt waarschuwing aan, en volg Haar orders.


14. Als gij dingen tot een goed einde wilt brengen : Geef aandacht aan het begin.








38. DE WIJNSTOK


1. Ik bereid mij voor op de ochtendjacht en de avondjacht.

Hier vloeit de Rivier van de Twijfel.

Alleen Uw schepen brengen mij erover.


2. Zij gaan niet snel.

Ik zag hen vannacht in mijn droom.

Nu zal ik de morgenrivier overgaan,

om het avond-orakel te raadplegen.


3. Hierop zal ik Uw tabernakel bouwen,

Hier zal ik mijn bamboe kralen rijgen,

en mij heiligen op de velden.

Oneindig is deze rivier.


4. Zijn fijne, zachte lichaam klemt zich vast aan het Hare,

als Haar wapen.

Zij gaat tot het wijde veld,

Haar rokje doorweekt met morgenbloed, totdat het is doorweekt met avondbloed.

Zo gaat Zij met hem door de nacht.

Daarna zal Zij hem nooit meer ontmoeten.


5. Wat is de naam van de godin die ik moet smeken met offerandes,

Om Haar te ontmoeten, al is het maar in een droom ?


6. Ik heb een beroep gedaan op de godinnen,

opdat ik Haar zal ontmoeten.


7. Ik zal mijn wapen grijpen en sterven met een goed hart,

Als dat Uw wil is.


8. Tot u, oh dappere strijder,

dat gij uw plichten zal vervullen,

en zal wederkeren,

opdat Ik u een beker wijn zal schenken.


9. En daarom bidt Zij,

De heilige wijnzak legt Zij naast Haar bed,

Kijk naar haar zwarte haar,

Zij is zoet en jong


10. Weet gij het dan niet ?

Zij is de greep van uw boog,

die gij draagt in de ochtend jachten


11. De nachtelijke uren volgen elkaar op,

Zal hij ooit tot mij komen ?

Ik zal hem later ontmoeten,

Als wijnstok tot wijnstok


12. Zoals ik hem niet wakende kan ontmoeten,

Laat mij hem ontmoeten in mijn droom


13. Donker en blootvoets is Zij,

Dat ik over de rivier zal roeien,

Opdat ik met Haar zal spreken.






39. DE ZUNI


1. Er is een brug tussen het christendom en de islam.


2. De man is omringd met grote gevaren. Hij moet tot kennis en begrip komen. De man is bezadeld met grote paniek. De man is rusteloos geworden, maar er zal geen fout gemaakt worden, want de man is gebonden aan de godin.


3. De man wordt rebels tegen het valse gezag, en komt hierdoor in de problemen. De man moet weer rust nemen, terugkeren tot de leegte.


4. Een man die naar de wildernis gaat om te jagen zonder de Heerin zal in de wildernis verdwalen.


5. De man moet niet zomaar rivieren oversteken, maar de grote moeder ontmoeten.


6. De man kan het gevecht niet aan, en onderwerpt zich uiteindelijk aan het noodlot. De man trekt zich terug van alle gevechten die gaande zijn.


7. Dit komt terug als SN : Zoon, als de weg van de heilige zwakheid leidende tot ware sterkte en overwinning, namelijk 'inzicht'.


8. De ware sterkte is dus de wijsheid door de heilige zwakheid, die een alertheid is en een gevoeligheid.


9. De SN komt in de islam terug als de SOENNA, de traditie, en de soennieten, de volgelingen van Aboe Bakr.


10. Aboe BAKR wijst op BAKROE, de Amazone oorlogsgodin.


11. Izaak had een gevecht met haar in de onderwereld. Zij was de eerste die hij tegenkwam in de grot genaamd 'De Moederschoot', waar hij door Temet naartoe was geleid.


12. Dit stond aan het begin van een tocht door de onderwereld. Dit leidde hem uiteindelijk tot de vrouwelijke Salomo, Salome, als een beeld van het behalen van wijsheid.


13. Aan Aboe Bakr was de esoterische leer van de islam gegeven die door hem werd doorgegeven.


14. De Moeder is een innerlijke dynamiek die niet teveel buiten het zelf gezocht mag worden.


15. Vandaar dat de opgegroeide opnieuw gebroken moet worden en doorboort opdat de nadruk niet op de buitenwereld wordt gelegd.


16. Degene die toenadert is dan ook naar binnen gericht. Telkens weer zal Zij hem breken om balans te brengen.


17. De SN, de vermindering, als de Ramadan, het vasten, de ascese, het binnengaan van de leegte.


18. De SN komt van een amazone stam, de Zuni.


19. De Filistijnen ontwikkelden zich tot de Soenni Islam. Zij aanbaden de godin Delilah, die Bakroe is. Dit is ook waar Bakroe oorspronkelijk vandaan kwam, van de Zoenni, Zoeni-amazones.


20. Vanwege deze cryptische kracht is het christendom gefixeerd op de ZOON, SN.


21. Zo zien we Bilha die op het beest rijdt worden tot Bakroe die Haar heilige billen laat zien, als de poort tot de wedergeboorte.


22. Dit is een grote oorlog, een duistere afgrond.


 





40. SOCIOLOGIE


1. Alles heeft waarde. Alle ervaringen in het leven hebben waarde. Religie werd opgericht als archetypes, symbolen, als een poging om de eeuwige waarden van het leven te beschrijven, de wetenschap van het bestaan ​​in alle lagen.


2. Dit was een poging van de mens, en het ging over metaforen, een schaduw van de hogere dingen, niet de dingen zelf. Het was een bepaalde taal die de religieuze mens had opgericht.


3. Sociologie is veel belangrijker. Je kan vasthouden aan de dingen om je heen, zelfs wanneer ze wegzijn. Ze zullen altijd blijven en zichzelf veranderen. Dat is de kracht van sociologie. Je kan de diepere kernen van de sociale samenleving om je heen ontdekken.



4. Atheisme was een goede zuivering van religie, om af te komen van enige valse vorm van aanbidding en aandacht. Maar na het atheisme is er een behoefte aan sociologie, om de innerlijke samenleving te ontdekken, de technologie van het bestaan in diepere lagen.


5. Dit heeft te maken met de fijnere energie. Religie kan dieper vertaald worden totdat de kusten bereikt worden van een meer sociale structuur waarin de ware verbindingen worden ontmoet.


6. Zelfs hierin kan geconcludeerd worden dat de sociale samenleving een systeem van symbolen is die helpen in het onderzoek om bestemming te vinden. De dingen kunnen afgepeld worden om zo hogerop te komen.


7. Elk religieus boek kan gezien worden als literatuur, fictie, met het doel te helpen, maar er moet bewogen worden tot een meer solide basis van begrip.Het leven rondom moet gedecodeerd worden, de sociale samenleving waarin geleefd wordt moet ontcijferd worden, samen met het verleden.


8. Cultuur en sociologie, voornamelijk sociologie, zijn veel hogere krachten dan religie.


9. Wanneer we spreken over sociologie dan hebben we het over de dingen die dichter bij ons zijn, de dingen die meer macht over ons hebben, die ons hebben geabsorbeerd, daarom is het belangrijk om het te analyseren, en verbinding maken met de juiste manier om het te observeren.


10. Wij worden geregeerd door het sociale systeem, niet door de familie, en zelfs niet door cultuur. Het sociale systeem laat de practische dingen in het leven zien. Het is een levend organisme, veel persoonlijker dan religie en cultuur. Het gaat over het dagelijks leven. Je kan niet wegrennen en je verstoppen van het sociale leven. Het zal je altijd vinden, want het heeft te maken met de kringlopen en verbindingen van je leven.


11. Samen vormt het de structuur van zelfs je eigen lichaam en de manier waarop je leeft. Het bevat de essentie van je leven. Daarom moeten we begrip krijgen van wat het is. We kunnen er niet zonder mee leven. Je moet ontwaken tot de meer subtiele en verfijnde structuren en lagen ervan, en het bruikbaar maken voor jezelf. Alles heeft waarde.


12. De sociale samenleving heeft ons weggeleid van de natuur in de tijd, en maakte een kunstmatige replica van de natuur, hebbende een eigen natuur waarin we werden opgesloten. Wij moeten dit decoderen. Het heeft ons overweldigd, ons binnen gevallen, als een antistof tegen de zware religieuze en culturele druk.


13. De waarheid is dat wanneer het gedecodeerd is, de nieuwe sociologie, de tegenwoordige sociologie als in de structuur van de sociale samenleving, in feite de hogere natuur is, maar de hersenen vertalen het zoals het nu is.


14. Wij zijn bevrijd van de orthodoxe natuur van de aarde, de religieuze valstrik en kooi ervan. Nu bent gij gevangen door de rode natuur.


15. Gij moet door vele verschillende fasen gaan totdat het gevestigd is. Gij moet gewoon de meer exotische buitenaardse natuur aanvaarden, die uw natuur vormt, de evolutie van sociologische energie.


16. Gij moet gaan tot de dieptes van de sociologische natuur.







41. HET MERKTEKEN


1. De Grote Moeder is verheven boven alles. Zij troont boven Haar schepping en voert oorlog. Niemand is zoals Zij. Allen buigen zij voor Haar neer. Zij voert oorlog in gerechtigheid. Zij stelt onrechtvaardige meesters over hen die onrechtvaardig zijn. Ja, zij heeft Haar afvallige volk overgeleverd aan hun vijanden.


2. Zij heeft hen overgeleverd aan bedrog. Aan hun lusten zijn zij overgeleverd, nu zij Haar hebben verworpen. Zij vrezen Haar niet. Daarom is Haar spot over hen. Zij heeft hen verlaten en zal Haarzelf niet laten vinden. Ondoorgrondelijk zijn Haar wegen.


3. In diepe duisternis leeft zij, in de dieptes van de wildernis, waar Zij troont tussen de wilde beesten. De strijdwagens van de Heerin gaan voor Haar uit. Grote slachtingen richt Zij aan in Haar toorn. De grote poorten der steden breekt Zij open, en levert hen over aan Haar amazones.


4. Grote slachtingen verricht zij in de steden, en neemt vele krijgsgevangenen mede. Zij maakt haar vijanden tot Haar voetenbank. Het oordeel over hen is welverdiend. Vreselijk is het te vallen onder Haar voeten. Zij zullen niet aan Haar ontkomen.


5. Een storm van vuur zal Zij uitzenden. Zij zal jagen op de vijand en hun tanden uitrukken om daarvan een troon te bouwen. Zij zal hun bloed smeren op Haar tabernakel. Zo zal zij vele slachtingen verrichten. En de nieuwe tabernakel zal heerlijker zijn dan de oude.


6. En de grond zal vruchtbaar zijn door het bloed van de vijand. En zij zal terechtstellen hen die vrouwen hebben onderdrukt, en zij zal terechtstellen leugenachtige vrouwen.


7. En Zij zal neerhalen de goden die zij hebben gemaakt. In vuur zal Zij hen verbranden. Haar Woord zal regeren. Zij die Haar volgen zullen vermeerderen in kennis, en zij zullen de aarde oordelen. Zij zullen anders zijn dan de anderen.


8. Zij zullen in duisternis zoeken naar Haar vuren. Zij zullen hervormd zijn door de vernieuwing van hun denken. Geheel toegewijd aan Haar zullen zij zijn.


9. Gij hebt toegang tot de tabernakel van de Moeder door het bloed van de vijand. Zij verricht slachtingen onder hen die tuinen hebben gemaakt van Haar wildernis. De steden die zij in de wildernis hebben gebouwd verwoest zij. Zij hebben een grote afgod opgericht.


10. Zij geloven in genade, en verafschuwen eerlijk loon, en zijn niet rechtvaardig. Maar zij zullen tezamen vallen.


11. De Moeder troont in heilig vuur. Zij zijn van Haar afgeweken en bouwden hun steden in zee. Maar de zee zal hen overweldigen. Zij dachten een muur tegen de Moeder op te richten, maar ziet, Zij haalt hen neer. Doorbreken zal Zij hun muren. Zij zal binnenstormen met gewapende wachters. Met brandende pijlen zal Zij hun tronen neerhalen.


12. Zult gij staan wanneer de Moeder zal verschijnen ? Niemand zal staan in Haar aanwezigheid. De Moeder is alomtegenwoordig. Velen zijn alreeds dood, hoewel zij de naam hebben te leven. De Moeder heeft hen overgeleverd aan hun leugens. Illusies zendt zij tot de leugenaars, opdat zij Haar niet zullen vinden. Bedrog op bedrog geeft Zij hen.


13. Zij die Haar wet haten zullen niet leven. In Haar grote toorn zullen zij ten onder gaan. Zij voedt Haar kinderen op en tuchtigt hen vroeg. Zij haat de grote stad, en heeft Haar strijders reeds uitgezonden. Nooit zult gij ingaan wanneer gij deel hebt aan de grote stad.

 

14. De aarde is een illusie. En zij die de illusie voeden zullen ten onder gaan. Haar vuur zal de aarde vervullen. Zij zullen weeklagen op die dag. Zij zullen beschaamd zijn om hun hoogmoed, en in grote angst zijn.


15. Aan het grote meer in de wildernis zit zij. Zij die ver weg van Haar leven zullen Haar dan zoeken, maar zij zullen Haar niet vinden. Ook zullen zij de dood zoeken, maar de dood zal van hen wegvluchten. En zij zullen loon ontvangen naar werken. Op Haar jachtwagens is zij.


16. De grote stad zal sidderen wanneer Zij zal verschijnen. Zij zal tot de aarde komen met groot gedruis. En de aarde zal instorten in Haar vuren. Haar stem wilden zij niet horen. Maar zij zal tot hen bulderen. Sidderen zullen zij voor Haar, en zij zullen allen instorten.


17. Zij zal Haar kinderen voeden met Haar Woord, maar de afvalligen zal zij slepen tot putten. En zij zal Haar kinderen roven uit de grote stad, en hen leiden tot de diepe wildernis, en veel krijgsgevangenen zal zij meevoeren.


18. In tenten zullen zij leven in de wildernis wanneer de grote stad is vergaan. En de Grote Moeder zal onder hen zijn, om hen in te wijden in Haar tucht.

19. En zij zullen nomaden zijn, altijd doortrekkende. En de Moeder zal hen de grote rivieren doen kennen. Aanvaardt Haar tucht, opdat gij niet verloren ga.

20. Zij troont over de mannelijke goden die de aarde hebben ingenomen, hen die hoogmoedig protsen. Vernietigen zal Zij deze stenen beelden. Zij zal hen kapotslaan als pottenbakkerswerk.

21. Luistert daarom naar Haar Woord om aan deze dingen te kunnen ontkomen. De aarde zal verdelgd worden met gedruis op Haar grote dag. Dan zullen zij allen voor Haar staan om verantwoording af te leggen. En zij die de stof hebben verkozen zullen daarin wegzinken. Grote bedrevenheid heeft zij in het misleiden van de misleiders.

22. De Grote Moeder is de Schepper van alle valstrikken. Dient Haar, opdat gij niet zult vallen. Haar kinderen vrezen Haar, maar de afvalligen lachen om Haar. Zij hebben Haar verworpen en zitten op hoge bergen. Maar zij zullen vallen op Haar grote dag.

23. Vreest daarom Haar grote dag, want op Haar grote dag zal er geen ommekeer meer zijn. Iedereen zal verantwoordelijk zijn voor hun daden. Niemand zal aan Haar tucht en oordeel ontkomen. Zo zullen er velen op die dag weggeworpen worden.

24. Het geheimenis van die dag is reeds onder u aanwezig. Spoedig zal dit geheimenis ten volle geopenbaard worden. En de leugenaars zullen beschaamd staan. Zij zullen worden tot een eeuwig afgrijzen, een eeuwige verschrikking. Wie oren heeft, die hore.

25. De Almachtige Moeder is alomtegenwoordig. Zij leeft in duistere grotten. Wanneer vijanden tot haar naderen slaat Zij toe als een beest.

26. Zij spreekt in andere talen. Zij vestigt Haar taal. De Grote Moeder is de Tucht, en Tucht leidt tot gehoorzaamheid. Zij schept door vernietiging, door de strijd tegen de valse geesten. Hoort dan, opdat de valse geest van genezing geen ingang in u vinde. Deze geest heeft zich toegewijd aan het verwennen van de kinderen, en misleidt zo vele heiligen. Al deze verwennerijen maken het moeilijk de weg terug te vinden tot de Grote Moeder.

27. Zo leven dan velen in zelf-verwennerij, om zo niet in de oorlog mee te strijden. De Toorn van de Moeder zal groot zijn over hen. De Grote Moeder is een groot vuur, in diepste duisternis, daar waar de duisternis tot vuur wordt.



28. In Haar zult gij zicht hebben. Door in Haar te zijn ontwikkelt u de vaardigheid van onderscheiding. Ja, alles zal door Haar gebrandmerkt zijn. Door in Haar te zijn, ontwikkelt gij de vaardigheid van profetie. Gebruik deze vaardigheid in de oorlog en in de jacht. Velen gebruiken profetie voor verwennerij, en zij zullen struikelen.



29. Heilig is Haar naam. Ver verheven boven alles is de Allerhoogste Moeder. Niemand kan tot Haar naderen dan door het bloed van de vijand.


30. Kom op uw knieen, en belijdt met uw tong. In de wildernis troont zij, tussen de beesten. De grote stad is gevallen. Zij heeft over de vijand gezegevierd. Daarom zal Zij Haar Woord openbaren.


31. Door het bot van de vijand richtte Zij Haar kampen op. En zo bidden Haar heiligen : U geneest ons door het bloed van de vijand. U herschept en vernieuwt ons door het bloed van de vijand. U bouwt ons op door het bot van de vijand. U bewapent ons met het bot van de vijand. U bekleed ons met de huid van de vijand. U leidt ons tot eeuwige velden door de huid van de vijand.

 

32. En Haar amazones gaan langs de tenten en hutten. En wanneer een tent niet aan de ingang is besmeurd met het bloed van de vijand, dan zal de amazone binnengaan, en de dood brengen aan zij die daar wonen. En het geklaag en geween zal groot zijn.


33. Bedekt u daarom met het bloed van de vijand, opdat de Moeder u niet in Haar toorn zal vernietigen. De amazones staan aan haar ingangen, om hen die niet bekleed zijn met het bloed van de vijand in gevangenschap te nemen. En zij zullen verbannen worden tot plaatsen van grote tucht. En ziet, velen zullen ten onder gaan in grote toorn.


34. Strijd daarom om in te gaan, want velen zijn geroepen, maar weinig zullen behouden worden. Dient de Grote Moeder in vrees. Wie meent te staan, ziet toe dat hij niet valle.


35. Laat het u daarom niet bevreemden wanneer grote vrees tot u komt. Zonder vrees kunt u niet tot de Moeder komen. Worstelt daarom met de Moeder, want vele valse moeders zijn in de wereld uitgegaan. Zij die het worstelen niet leren zijn alreeds verloren.


36. De Grote Moeder staat op Haar strijdwagen. Een groot vuur zal over u komen wanneer u tot Haar nadert. Haar Woorden wil zij verkondigen, en ziet, Zij dreigt. Er zal dan een dag zijn van bloed, van diepe duisternis, waarin de wateren tot bloed worden, en de lucht tot bloed.


37. En er zal groot geween en geklaag zijn, maar Zij luistert niet. Zij heeft Haar oren gesloten. De ongehoorzaamheid van het volk is groot. In hun hoogmoed hebben zij zich boven de Grote Moeder geplaatst. Er zal een dag zijn tegen de hoogmoedigen.


38. Door de woestijn worden zij getrokken tot de wateren van vuur. En zij zullen drinken, en het zal hun dorst vergroten. Hun uitputting zal hen maken tot standbeelden. Aan de wateren van vuur zullen zij staan, als een grote waarschuwing.


39. Het lot van de gevallenen is ernstig. Zij zullen gaan van leugen tot leugen. Zij vallen dieper en dieper, totdat zij versteent zijn, als een waarschuwing voor de generaties na hen.


40. De Grote Moeder maakte hen tot een gruwel en een dreiging. Komt daarom tot de plaats waar uw enig licht bloed en duisternis is. Alle lichten zullen doven hier. Ook alle adem zal sterven, totdat u alleen leeft door bloed en duisternis.


41. De kennis bewaakt Zij. Zij zendt dromen tot Haar boogschutters. In dromen spreekt Zij tot hen die het bloed van de vijand vergoten hebben, tot hen die hun wapens niet rein hebben gehouden van bloed. Zij spreekt tot hen door het bloed van de vijand. Het bloed van de vijand is in Haar.


42. Door het bloed van de vijand zijn zij verlost, en hebben zij een woning in Haar, naar het loon wat zij hebben verdient. Door de wedergeboorte in de duisternis en het bloed van de vijand zijn Haar kinderen tot Haar gekomen, en zij blijven in Haar.


43. Bewerk uw behoudenis in vreze en beven, opdat u geen deel hebt aan het lot van de vijand.


44. Dit is het eeuwige leven, dat u Haar kent, dat u geheiligd wordt in de Waarheid. Haar Woord is de Waarheid.

45. Wie in Haar niet blijft, is buitengeworpen. Alleen door het bloed van de vijand kunt u in Haar blijven. Zij troont in bloed. Alleen door het bloed van de vijand kunt u Haar kennen.

46. Tuchtigt uzelf daarom, en laat niemand u afleiden van de trofee. Zij die in Haar zijn tuchtigen hun lichamen en houden het in bedwang, opdat zij de prijs niet zullen missen.

47. Zij is niet gekomen om vrede te brengen, maar de afscheiding en de oorlog. Zondert u daarom af, en heb geen deel aan onheilige dingen. Zij komt met het mes, en met het bloed van de vijand. In duisternis doorboort zij hun steden, wanneer het nacht is, en wanneer zij slapen. In hun slaap verrast Zij hen. Tot een oordeel is de Grote Moeder tot de aarde gekomen.


48. Alleen in het bloed van de vijand en in duisternis is er wedergeboorte. De Grote Moeder heeft vruchtbaarheid door het bloed van de vijand. Ook is er dan vruchtbaarheid tussen twee of meer vrouwen in het heilige verbond.

49. Zo zijn er niet alleen vaginale geboortes in de dieptes van de onderwereld, maar ook anale geboortes. Op de gevallen aarde zijn deze poorten gesloten, en hebben de vrouwen geen vruchtbaarheid in henzelf en met elkaar. Zij zijn onder de vloek, en afhankelijk gemaakt aan de man.

50. Zo is dan de man over hen gaan heersen, en is zijn zaad koning. Ziet, zij zijn een vervloekt geslacht.

51. Een grote verwarring zal zij zenden, en zij zullen niet meer één zijn van zin. Zo zal de vrede tussen de vijanden verdwijnen, en zij zullen niet meer gezamenlijk tegen de Moeder strijden. De Grote Moeder heeft hen verstrooid, en hen tegen elkaar opgezet. In Haar arena's vinden zij de ondergang.

52. Zij zullen elkaar niet kunnen vinden om een eenheid te vormen. In een ijszee zullen zij allen zinken, los van elkaar, en ver verwijderd. En zij zullen dromen dromen van grote misleiding.


53. Grote arena's zullen opgericht worden door de Grote Moeder, waarin de vijanden geherbergd zullen worden. Tot een grote ondergang zullen zij komen. In grote toorn zal Zij tot hen brullen. En zo zal Zij toekijken wanneer zij vallen, en Zij zal grote feesten over hen aanrichten.

54. En de Grote Moeder zal scheiding tussen hen brengen totdat de vijand geheel is uitgezift. Grote leiders zullen van hen weggenomen worden, zodat zij in verwarring raken, en in grote paniek. Spoedig zal Zij hen allen slepen tot Haar hol. Met Haar boog en netten zal Zij tegen hen strijden. En vrees zal komen tot het hart van de vijand.

55. De vijand zal niet trots staan in Haar tempel. De vijand zal gebonden zijn, en doorstoken. De Grote Moeder staat op Haar strijdwagen. Wanneer zij Haar zien staan zij niet meer op. Onder Haar voeten zijn Haar vijanden. Zij zet Haar voet op hun nekken, en breekt hen. Op palen steekt zij Haar vijanden, en sleurt hun lichamen tot Haar beesten.

56. Haar kinderen worden zwaar getuchtigd, opdat zij geen deel hebben aan de feesten van de vijand. Slaan zal Zij die feesten, en Haar kinderen wegtrekken. Zij zal slaan de dansers van de vijand, en Haar kinderen van hen wegtrekken.Zij zal slaan de muzikanten van de vijand, en hun instrumenten uit hun handen slaan, om deze te verbranden. Zij zal hen openlijk bespotten. Vol van grimmigheid is de Grote Moeder. Zij heeft een oorlogsplan bereid.

57. Slaan zal Zij de bezoekers van schadelijke feesten, hen die vertier zoeken bij de vijand. Openlijk zal Zij hen ten schande brengen. De Grote Moeder zal niet met Haar laten spotten. Maar Zij zal Zelf de spotter zijn. De aarde is in grote weeklacht, wanneer Zij haar bezoekt. Met vele strijdwagens zal Zij komen, op de grote dag waarop de aarde in vuur zal vergaan.

58. Een vuur zal de aarde verslinden, en zij zullen niet weder opstaan. Allen zullen zij vallen. Vreselijk is het te vallen in de handen van de levende Grote Moeder.

59. Bloederige striemen zuiveren het hart uit, en bespaart voor groot oordeel.

60. Een groot feest richt Zij aan, over het bloed van de vijand.

61. Zij is innerlijk verdeeld. Zij is de altijd strijdende, de Dubbele Moeder. Hierin is uw vruchtbaarheid. Hierin is uw zekerheid. Het grote verbond heeft Haar gebracht. Zij is de Meervoudige Moeder, en Zij is meerderen in Eén.

62. Er is diepe vrede in het bloed van de vijand. Het zal Haar bitterheid wegwassen, en Zij zal Haarzelf aan u openbaren. Zij leeft aan grote zeeen, naakt, en met list. Haar vrede leidt tot gehoorzaamheid.


63. Zonder het bloed van de vijand is het onmogelijk Haar te kennen en tot Haar vrede te komen. Wekt dan de vrede niet op voordat het Haar behaagt. Haar oorlog is zoeter dan vrede.


64. Zij heeft giftige pijlen om Haar vijanden te verlammen met vrees. Zij trekt hen tot de rivieren van de dood. In duistere rivieren rijst Zij op met het bloed van de vijand. Haar Naam is eeuwig.


65. Haar kinderen leidt Zij tot de woestijnen van leven om hen aan Haar wetten te onderwerpen. Zij doorboort Haar kinderen reeds vroeg. Zij leert hen het wenen en klagen, opdat zij niet trots worden. Zij leert hen de bitterheid, opdat het zoete hen niet zal afleiden. Zij zijn beschermd in Haar. Zo is er alleen behoudenis in het bloed van de vijand.


66. Zij leert hen reeds vroeg de boog te gebruiken, en giffen te mengen.


67. Aan de zeeen van bloed heeft Zij Haar tenten. Op bloed loert Zij. Zij is de bloeddorstige.


68. Grote bloedlust kent Zij. Haar bloedlust is niet te stillen. Zij is de eeuwige Jaagster. Vanuit het bloed van de vijand rijst Zij op. Zij is een slachter in de nacht. Duisternis rijst op wanneer Zij jaagt. En wanneer Zij treft, zal Zij niet vrijzetten. Aan Haar riem hangen de tongen der varkens. Ook Haar schort is gemaakt van varkenstongen, en de voorhangsels van Haar tenten. Zij draagt duistere geheimen in Haar schoot en boezem.


69. Wanneer Zij lacht, spot Zij. Wanneer Zij schiet, mist Zij niet. Haar pijlen zijn bloeddorstig in de nacht. Zij rusten niet. Haar pijlen zijn giftig. Illusies zijn zij, om de vijand te misleiden. Vol bedrog zijn Haar pijlen. Leugens spreken Zij. Niemand kan Haar volgen, niemand kan Haar woonplaats vinden. Zij allen gaan ten onder door Haar pijlen. Zij raken verward, en het licht ontvoert hen, opdat zij de duisternis niet zullen vinden. Een groot krijgsmeesteres is Zij.


70. Haar ogen doen sloten vallen. Met Haar lippen maakt Zij knopen. Zij is de Allerhoogste.


71. Zij geeft hen allen te drinken, opdat zij Haar niet zullen vinden. De beker vormt illusies op hun ogen en harten om hen te verwarren.


72. De Heilige Leugen richt een grote slachting aan. Een groot bedrieger is gekomen. Waakt dan in dit uur, opdat gij geen deel hebt aan valse werken.

 

73. In Haar grot slijpt Zij Haar wapens. Zij brengt visioenen tot hen die Haar wapens eren. Zij leert hen de krijg. Zij is de Grote Jaagster en Slager. Grote bloeddorst heeft Zij. Denkt daarom niet te hoog over uzelf, want u mocht eens door uzelf misleid worden.


 




42. WILDE MELK



1. Kom tot de Moeder Ziel, diep in Haar.

2. Kom tot de Moeder Ziel en ontvang Haar ziel. Zij wil je bewapenen. Oh, ziel, bemin Haar kastijdingen, want zij leiden tot leven.

3. Ontvang Haar ziel dan, oh ziel. Haar kastijdingen zullen je leiden.

4. Er is geen andere weg dan Zij.

5. Kom tot de Moeder Ziel, en ontvang Haar Ziel, de Heilige Ziel. Ja, Soule, Ziele, is Haar naam.

6. In de Nacht heeft Zij je gebroken en bitterheid in je uitgegoten en geklaag, zodat je zou terugkeren tot Haar Ziel.

7. Soule, Ziele, staat op in de nacht als een machtige oorlogsvoerder. Zij is je strijdwagen.

8. Zij schiep alle religieuze boeken als Haar voorhangsels, haar sieraden en lingerie.

9. Zij is de grote godin en zal haar boek vestigen.

10. Wanneer een man tot Haar nadert, zal Zij hem doorboren totdat hij blank is, wederomgeboren in Haar als in een rivier van wilde melk.

11. Wanneer een vrouw tot Haar nadert, zal Zij haar doen strijden totdat ze donker is, want alleen door oorlog kan de Moeder worden bereikt.

12. En Zij zal de dochter aan de man laten zien, want de dochter is de enige weg tot Haar. En de dochter zal hem het mes en de speer laten zien.

13. En omdat Zij moeilijk is begonnen mensen hun makkelijke goden te maken. En het bedrog is groot.

14. Maar voor Haar kinderen : Verworpenheid is hun boog, en depressie is hun pijl.

15. Haar naakte billen zijn een teken van spot en onderdrukking.






43. DE BORST-BESNIJDENIS


1. En kent gij het verhaal van de vrouw die met haar tranen de voeten van Jezus nat maakte en ze kuste ?


2. Ziet dan, in de Orionse Koran buigt Ismael aan de voeten van ILA, het Amazone woord voor de vrouwelijke God, Godin, wat de letter L is in het Amazone alfabet.


3. Ook betekent ILA de heilige bevrorenheid.


4. Hij maakt Haar voeten nat met zijn tranen en kust ze.


5. Dit is het boek van het harde pad, de L van Areta, zijn moeder.


6. Areta stelde de L aan als zijn bijmoeder.


7. Hij bidt en smeekt haar om hulp, leiding en bescherming.


8. En zijn borst werd besneden en vernauwt volgens de wetten van het boek.







44. DE NACHTTOCHT


1. Oh Godin, de gespaarden zijn alleen gespaard door de beloning van Uw Sterkte.


2. Hij die door U geleid wordt zal niet misleid worden.


3. Oh, U wiens kennis niet veranderd kan worden.


4. Geef de vijand het onvermogen zijn vijand te bereiken.


5. Geef de uwen het zicht op de amazones van het paradijs, die de eeuwige tenten zijn.


6. Scheidt de vijand van hun wapenen, houdt hen ver van hun handelsplaatsen vandaan.


7. Laat hen afdwalen van de richting die zij aanhouden, en verstrooi hen.


8. Scheidt hen van elkaar, en maak hen tot een les voor degenen achter hen.


9. Verminder hun aantal, en neem hun hoop weg.


10. Laat hen elkaar niet meer versterken en aanmoedigen.


11. Maak de baarmoeders van hun vrouwen onvruchtbaar, en sluit hun vee-fokkerijen af.


12. Laat de regen niet meer op hun aarde vallen. Droog hun mannen uit.


13. Er is geen Godin dan U. Heilig zijn Uw Namen.


14. Leidt mij tot uw nachtdrank. Breng mij in het gedrang van de overwinnaars.


15. Hun overwinning kwam door U te bereiken.


16. Leidt mij tot het nachtfeest. Wees teder tot mij door Uw beloning.


17. In U is de nacht tocht.


18. Oh Godin, zeker zou U mij zoeken als ik zou vluchten,

en mij vangen als ik zou wegrennen,

Dus hier ben ik voor U,

Geknield, nederig en vernederd,

Als U mij kastijd verdien ik dat,

Maar als U mij uitzend ben ik geriemd door U.


19. Oh, Uw grot als ik gedwarsboomd wordt op het pad,

Oh, U die mij bevrijd wanneer ik struikel.


20. Oh Godin, plaats mij in Uw troepen.

Zij zijn de overwinnaars.

En elke ziel is uitbetaald wat het heeft verdient.






45. VUH


1. De vrouwelijke Job, de Thummim van de amazones, is Jani, die streed met beesten en hen temde om hen te berijden. Zij was de eerste vrouw die op het beest reed.


2. Jani is het beeld van het heilige loon van de strijd.


3. Hebt gij dan niet gelezen in het boek 'De Grote Misleiding' van de Vur dat de oorlog niet materiaal is maar in de gewesten van de ziel ?


4. De oorlog is interpretatie, vertaling en begrip. De ware oorlog is wijsheid. Zij is de Vuh.


5. Daarom moet gij komen tot Jani om u aan Haar te onderwerpen voor de grote Vuh.


6. En gij komt alleen tot Jani door Jana, de Urim van de amazones. En ziet, Zij is de grote Initiator die de harten test.







46. DANKBAARHEID



1. Dank voor alles wat gij nu al hebt, bent en kan. Dan is je fundament stevig. Dan heb je je fundament aanvaardt, zodat het niet in kan storten of weggeroofd kan worden. Dankbaarheid is je dubbele laag, je dubbele bodem. Juist door dankbaarheid ga je nog meer groeien.


2. Als gij dankbaar leert te zijn, leeft gij in harmonie met de Godin.

3. De Godin zal er alles aan doen om u dankbaar en tevreden te maken. Dat gaat Haar boven alles. Het is Haar prioriteit met uw leven.


4. Het is niet de genezing, de uitredding uit een situatie. Neen. Het is de dankbaarheid die gelukkig maakt. Zo kan Zij elke weg met u begaan die Zij nodig acht.


5. Neem genoegen met de omstandigheden waarin u uzelf bevindt.


6. Je bouwt door alles wat de Godin geeft in dankbaarheid te aanvaarden.

7. Grote verantwoordelijkheid wordt gebouwd op grote dankbaarheid.

8. Streef naar dankbaarheid. Dankbaarheid zet het principe van vermenigvuldiging in werking.

9. Gij moet niet bidden om meer kracht, maar om meer dankbaarheid.


10. Als gij meer wilt hebben van de Godin, dan moet gij stoppen met het telkens bidden, stoppen met smeken. Gij moet eerst dankbaar worden, anders zijn uw gebeden waardeloos voor de Godin.


11. Gij kunt niets afdwingen bij de Godin.


12. Bij gebrek aan dankbaarheid ontstaat er overmoed, eerzucht en manipulatie.


13. In de dankbaarheid, in het teruggrijpen naar alles wat gij al van de Godin hebt ontvangen, is alles te vinden, al het leven. Hierin is ook genezing vastgelegd.

14. Gij hebt alleen iets als gij er dankbaar voor bent. De ondankbaren hebben niets.

15. Dankbaarheid is bescherming. Door dankbaarheid verslaat gij de vijand en vlucht de vijand weg.

16. Als gij door de vijand wordt lastiggevallen, werk dan aan uw dankbaarheid.

17. Alleen de dankbaarheid is de weg naar een relatie met de Godin.

18. Ondankbaarheid en alles wat daarbij komt maakt u tot de bruid van de vijand.

19. Laat uw denken, spreken en doen doordrenkt zijn met dankbaarheid.

20. Dankbaarheid brengt u tot onderdanigheid aan de Godin.

21. Dankbaarheid is de kracht om uw leven en de levens van anderen op te offeren aan de Godin.






47. JANA


1. De vijand zal geen baat hebben bij zijn rijkdom en hetgeen hij verdient.

Zeg tegen de vijand : Ik dien niet wie jullie dienen. Jullie dienen niet wie ik dien.

Ik zal wie jullie dienen niet dienen. Voor jullie is jullie loon, en voor mij is mijn loon.


2. Jani zit op het beest om op te roepen tot de Vuh, de grote oorlog in de gewesten van de ziel, in de onderwereld. Met haar voet drijft ze het beest.


3. Zij drijft het beest tot de rivieren van wijn, melk en honing. Zij onderwijst over de Vuh.


4. Zij die niet tot Jana zijn gekomen kunnen niet tot Haar komen.


5. Als Jana uw kettingen niet heeft geregen kunt u niet tot Jani komen, en hebt gij geen deel aan de Vuh.


6. In de dieptes van de onderwereld staat zij, voor de voorhangsels, met de voorwerpen van de besnijdenis. Geen van hen die dieper het paradijs willen betreden zullen aan haar ontkomen. Zij is het opperhoofd van de jacht, het opperhoofd van de oorlog. Zij haalt de schedels neer door haar pijlen. Ook aan David, Ahn in het Orions, verscheen zij, als Batseba. Zij nam hem mee op een tocht door oorlog, en veroorzaakte zijn val.


7. Ook hij moest besneden worden door een vrouw. Dit dan is de eeuwige tent, om verzoening te bewerken.


8. En Zij nam Ahn in en beet en vernederde hem, want zij beeldde de vloek van de moeder god uit. En zij is de moeder van de openbaringen. Zij dan komt met list en besnijdenis. Zo zijt gij dan allen getuigen van deze dingen. Zij dan draagt het mes van de Heerin. En gij allen die Haar volgen, hebben deel aan dit mysterie.



9. Zij dan is het geheim van de moeder god, haar voorhangsel. En zij test allen die tot het voorhangsel naderen. Ja, in de dieptes van het paradijs is zij. Ja, de glorie van het Woord draagt zij. Zij is het geheimenis van het lijden.



10. Nu, kent gij het geheimenis van Batseba, die Jana is ? Zij is de vloek van de moeder god, die haar kinderen terugroept tot de moederlijke tucht. Zij is een oprichter. Gaat daarom in door haar voorhangsels. Als een wapen is zij daar, om te oordelen. Zij is het wapen van Ahn.



11. En Bakroe is het geheimenis van de hoofd-besnijdenis. En zij is gekomen om visioenen te geven, en om de heiligen doorgang te geven, want lang zijn zij door onderdrukking tegengehouden. Ja, zij zal binden hen die zich dokter noemen en het niet zijn.


12. Als een oorlogs-strijdster staat zij op. Hebt gij het verhoord en vernomen ? Zo zijn er dan hen die zich dokters der tanden noemen, en zij boren in tanden voor geld. Uit mijn heiligdom zal ik deze valse doktoren drijven !' spreekt de Heerin, 'want zij hebben ketenen gelegd op Mijn volk, en deze ketenen waren giftig.'


13. 'Daarom,' zegt de Heerin, 'er zal een dag zijn tegen een ieder die zich valselijk dokter noemt, om het vlees van de kudde te kunnen eten. Kijk, een oorlogs-strijdster staat op, om te overwinnen. Koningen zal zij binden met ketenen. Opgestaan is zij om oorlog te voeren. Mijn oog kan deze valse doktoren der tanden niet meer aanzien,' spreekt de Heerin. 'Daarom zal mijn wapen op hen neerdalen, en er zal een grote slachting zijn. Ja, dronken zal Ik worden van hun vet.'


14. 'Mijn wapen zal opstaan in de nacht, en hun eerstgeborenen zullen geslagen worden, en het eerstegeborene van hun vee. En de eerstelingen van hun oogst zal ik verbranden. En in de morgenstond zal Ik tegen henzelf komen,' spreekt de Heerin. 'Zij hebben geboord in de tanden van mijn volk voor veel geld, en daar gif geplaatst. Ziet, dienaren van de Mammon zijn zij. Zij buigen zich neer voor hun Roomse goden, maar ziet, Ik zal deze goden slaan, en uit mijn huis verdrijven. En tegen Spanje zal Ik een groot vuur aanrichten.'


15. Ja, oordelen zal Zij hen die het gif van de Mammon geschonken hebben, en niet het gif van de Heerin.


16. Bakroe is van de diepere wildernissen van het paradijs. Zij draagt het wapen om gehoorzamen te testen. Zij is als de sieraden van het lijden. Zij spreekt recht in list en symboliek. Zij raakt het letterlijke niet aan. In de wildernissen is zij stil, totdat iemand in haar valstrikken raakt. Zij is de weefster van het paradijs. Zij weefde het paradijs als in een mysterie. In de dieptes van de wildernis woont zij, om dapperen te onderwijzen, zij die door hun lijden tot haar zijn gekomen. Als de amazone van de Heerin is zij.


17. Zij draagt de stok van de Heerin. Het geweten temt zij. Zij is de Wraak van de Heerin.


18. En zij schenkt visioenen door zalf vanuit haar borsten.


19. En tot de gehoorzamen : Gij zult worstelen met Haar. Zo zult gij uw zielen behouden. En gij zult het zoete vinden.







48. AHN EN JANA


1. En kent gij het verhaal van de vrouw die aan de voeten van Jezus zat om naar zijn woord te luisteren in tegenstelling tot een andere vrouw die geheel in beslag werd genomen door het vele dienen ?


2. Ziet dan, in de Orionse Koran zit Ahn aan de voeten van Jana, om te luisteren naar Haar woord en om zich door Haar te laten initiëren.


3. En kent gij het verhaal van de beker van het avondmaal waarin wijn geschonken wordt ?


4. Ziet, in de Orionse Koran schenkt Jana de wijn in voor Ahn, als een beeld van het schenken van Jani.






49. DE MIRRE


1. Oh, gij die de thummim zoekt. Het ligt verborgen in de Orionse Koran.


2. En het volk in de wildernis kwam tot Mara, de mirre, die het bloed van de vijand is.


3. Ziet, zij is de Jani die op het beest rijdt, in de wildernis, waardoor zij wedergeboren worden.


4. Dit is de Ammoth-Vuh, de geboorte door bloed. En dit is het boek van de Bloedklonter.


5. De mens denkt dat hij niets nodig heeft. Gehoorzaam hem niet, maar werp uzelf neder en kom dichtbij.


6. Hebt gij niet gehoord van Jezus die uit Maria werd geboren ?


7. Dit was slechts een schaduw die hier op wees.







50. DE VERZOEKING


1. De strijders hadden geen angst, toen hun zielen door de gebieden van de dood rondtrokken. Hen was beloofd dat na een korte tocht ze tot de plaats van de mooiste vrouwen zouden komen. Ze zouden hen alle geneugten van het leven na de dood laten zien als een beloning voor al dat ze hadden gedaan. Maar ze wisten niet wat hen te wachten stond. De vrouwen waren inderdaad de mooiste, en de mannen konden kiezen wie ze wilden, maar in het midden van de nacht zouden deze vrouwen hun ziel doden, want ze waren de vrouwen van de tweede dood.


2. De mannen wisten dit niet, want het was hen nooit verteld. Dan zou de essentie van hun ziel genomen worden naar het rijk dieper dan de onderwereld, een rijk genaamd Amalek. De mannen wisten niets over de samenzweringen van de dood. Ze geloofden echt dat ze de rest van de eeuwigheid met deze vrouwen konden leven, want dat was hen sinds hun vroegste jeugd verteld. Ze wisten niet dat de aarde slechts een trainingschool was voor hen, om hen voor te bereiden op een grotere oorlog: de oorlog van de doden. Niemand had enig begrip van het verschrikkelijke Amalek, maar ze zouden er snel achter komen.


3. Veel jonge mannen hadden gedroomd een groot strijder te worden om deze reden. Ze hadden geen dood meer te vrezen, maar begeerden het. Zij had de meest voluptueuze vrouwen van Amalek gekozen om de gevallen mannen bij het voorhangsel van de dood te verleiden. Ze zouden hen lokken naar hun plaats in het rijk van de doden.


4. Aan de top van hun hut hing de schedel van een gehoornd dier. De mannen hadden het gevoel dat ze in de eeuwige jachtvelden waren aangekomen. Oh, hoe hun jonge dromen zouden veranderen in een nachtmerrie.


6. Als de nacht viel hadden de vrouwen hun messen al voor hun taak voorbereid. Zij hadden dit al veel vaker gedaan. Zij noemde het het domein van verleiding.


7. Achter dit domein lag een zee van vuur. En de wet eiste dat het koninkrijk groter zou worden door bloed.


8. Als er niet voldoende bloed geofferd zou worden aan Haar, dan zou het sterven. En het was door het bloed dat Haar vrouwen zo mooi waren.


9. Zij waren aan elkaar verbonden door een vreemde bloedlijn.


10. Zij troonde op een eeuwige stroom van bloed.


11. Wat is er geworden van al die mannen die tegen Haar wilden strijden ? Zij zijn geworpen in de afgrond van Amalek. Zij hebben gezocht naar de bron van bloed, maar werden zelf tot een bron van bloed.


12. Er was geen grotere horror dan de horror van Amalek. Hun namen waren geschreven in het Boek van Bloed.






51. DE PSALMIST


1. Door de jacht liet Zij zien wat in Haar handen was,

En liet Zij Haar bruine huid zien, waardoor ik ademde,

Zij liet mij mijn blanke huid zien,

In de proza is antwoord en betekenis


2. Door psalmen vormde Zij mijn handen en lichaam,

In proza reeg zij Haar psalmen,

En zo kreeg alles betekenis en doel


3. Wanneer ik mijn speer ophef, is dat niet om door Haar voorhangsel te gaan ?

En de speer in mijn hand is dat niet Haar tederheid ?

En de speer die ik werp, is dat niet om geheimenissen te begrijpen ?


4. Rijg dan alles tot psalmen,

Mijn zwakheid is proza,

Zo zal ik uw sociologie zien


5. Ik rijg nu psalmen van mijn herinneringen,

Wanneer ik mijn speer ophef,

Oh, wanneer zal ik mijzelf overwinnen ?


6. Ik keek om me heen om mijn vijanden te zoeken,

Maar ben ik niet zelf mijn grootste vijand ?

Zoveel vijanden ben ik zelf, maar zij zijn voorhangsels van uw tenten






52. CALEB


1. Deze tocht was er voor om heilige tentslaven te initieren. Er is een groot paradijselijk contrast tussen de donkere vrouwelijke amazone en de blanke mannelijke amazone.


2. Het gaat hier over het ingewijd worden in de mysterieen, in de geheime leer.


3. Het gaat hier over mannen die verzwakt zijn door de tucht en daardoor wijsheid hebben opgedaan. Zij werden lange tijd gediscrimineerd, geisoleerd, om hen voor te bereiden op hun taak. Zij worden door hun speciale brandmerken dan aangesteld over andere mannen in de stammen. Die speciale brandmerken zijn drie puntjes naast elkaar op de bovenarm, of twee strepen op de bovenarm onder elkaar in de Amazone theologie. Het laat ook andere tekens van onderscheid toe, zoals veren.


4. Dit gaat over de rang-verhoging die leidde tot inname van de gebieden van het beloofde land.


5. En vanwege de ongehoorzaamheid van het volk zou alleen Caleb, de compromisloze tentslaaf, het beloofde land ingaan met de nieuwe generaties.


6. Iedere slaaf in het gehele kamp moest zijn identiteit dragen en vertellen over zijn afkomst.


7. Dit is de opvoeding door de donkere moeder amazone. De telling vond plaats in de wildernis, in de amazone Zuni stam.


8. De opvoeding tot gewilligheid door de donkere amazone, als de opvoeding die tot de heilige gebondenheid leidt en het vertrouwd raken met de wilde beesten.


9. Het volk moest de Jordaan overtrekken, als een beeld van Areta, de afgrond, de baarmoeder, ingaan, afdalen.


10. Gij leeft niet door genade of de geest, maar door profetie. Door profetie wordt uw leven ingevuld. Als gij niet open staat om profetisch geleid te worden, dan zal een valse geest dit voor u invullen.


11. De vrouwelijke Jozua is net zoals de vrouwelijke Job JANI, de amazone thummim. Zij is een groot leider van het volk. Zodra het volk tot Lebanon moet gaan gaat dit over de witmaking van de mannen, als een heenwijzing naar de oorspronkelijke blanke man in het paradijs. Dit staat in contrast met de donkere moeder wat niets met racisme heeft te maken maar met innerlijke en persoonlijke realiteiten.


12. Iedereen heeft deze archetypes in zich, en die worden niet materieel beoordeeld. Lebanon staat voor de witmaking, zoals Jakob tot Laban moest gaan, wat dezelfde betekenis heeft, en dit duidt dus op het mannelijke en niet het vrouwelijke.


13. De vrouw wordt verdonkerd wanneer de voorhangsels worden verscheurd. Des te dieper gij gaat hoe donkerder de vrouw zal zijn, als beeld van de duisternis waarin wedergeboorte is. Dit is een groot raadsel en mysterie. Jakob moest tot de witmaking gaan, als man, en werd onderworpen aan Bilha. Dit wordt bevestigd doordat Jakob ging wonen in de tent van Bilha en niet andersom.


14. In Deuteronomium ziet gij de straf op het niet luisteren en gehoorzamen van de Hogere Kennis, oftewel Vur. Dit is niet alleen maar de dood, maar ook kastijding, geslagen worden, geduwd worden. onderwerping, en spot. Het is dus een tedere vorm van tucht, niet in de zin van makkelijk en zacht, maar in de zin van instructief en gecompliceerd.


15. De Westerse vertalingen hebben die gevoeligheid niet en vertalen alles plomp. De Aramees-Hebreeuws-Griekse grondteksten en hun wortelteksten staan daarom dichter bij de Orionse oorspronkelijke manuscripten. Vandaar dat een nieuwe vertaling en commentaar op de bijbel noodzakelijk is.


16. Alle tucht gebeurt vanuit de afgrond, als een beeld van de baarmoeder.


17. Alle offers moeten voortkomen vanuit de tederheid, de zorgvuldigheid, anders zou het corrupt zijn. Dit is de amazone letter B, de letter van de tederheid.


18. De boodschap van Deuteronomium is : Overmoed leidt tot de dood. Door overmoed wordt ware profetie gemist. Dit is metaforisch. In de grondtekst moet de overmoedige uitgehongerd worden : de overmoedige moet de seizoenen leren, de heilige tijdschijf. Hiertoe is de Ramadan maand van belang, het wachten op de heilige nacht.


19. Een profetisch woord kan een raadsel zijn, metaforisch, of letterlijk. Een profetisch woord kan vast zijn, of afhankelijk aan bepaalde factoren, herroepelijk of onherroepelijk. Het gaat in de grondtekst niet om vervulling, maar 'het moet de vijand aanvallen.' In die zin : Het moet demonologisch verantwoord en functioneel zijn op de lange termijn. Het moet dus opbouwend zijn in heiligheid.


20. De kerk volgt Mammon dus die zal een profetisch woord altijd letterlijk beoordelen naar materialistische maatstaven, en zo is dat vers ook door de corrupte Westerse kerk vertaald. Een grote schande is het. Zo missen ze de esoterische, diepere betekenis van een profetisch woord. Zo strijden zij tegen de kennis, door de valse duivelsverzen van de Westerse vertalingen.


21. Wanneer er in Deuteronomium over de zegen wordt gesproken dan kan dat vanuit het Hebreeuws vertaald worden in knielen. Wanneer het over de vloek gaat dan gaat het in het Aramees over bespot worden. Door beiden zal een mens die ingewijd wil worden in de geheimen van Deuteronomium heen moeten gaan. Zo wordt de zondige, ongehoorzame natuur verslagen en onderworpen.


22. Gij zult de vijanden, die de Here tegen u zal doen optrekken, dienen, onder honger en dorst, in naaktheid en met gebrek aan alles. Zij zal een ijzeren juk op uw hals leggen, totdat Zij u vernietigd heeft. De Here zal tegen u doen aanrukken een volk, dat van verre komt, van het einde der aarde, een volk, waarvan gij de taal niet verstaat, een hardvochtig volk, dat geen autoriteiten ontziet en geen knaap genade bewijst. Dit is een volk dat de vrucht van uw vee en van uw bodem zal opeten, totdat gij vernietigd zijt, dat u geen olie en melk zal overlaten, noch de worp van uw runderen of de dracht van uw kleinvee, totdat het u te gronde gericht heeft.


23. Het woord 'vervloekt' : In de Latijnse bijbel, de Vulgata, deinst de vrouw niet terug om tegen het slachtoffer vuile taal uit te spreken, naast valse beschuldigingen en laster. Zij mishandelt hem.


24. Hierbij gaat de profetie van Openbaring in vervulling dat de overwinnaars, Caleb, de compromisloze tentslaaf, de witte steen ontvangt. De man wordt zo blank en hard gemaakt, als de paradijselijke man. Wit betekent gekastijd. Zo komt de man terug tot de donkere moeder.


25. De man moet vasten om als een Ismael worden, niet opgeblazen, maar vijandig. Zo kan de man terugkeren tot de tabernakel in de wildernis.


26. De hardheid is ook de verstijving, het ingaan in de heilige bevrorenheid, wat ook de goddelijke verlamdheid is.


27. Zij hebben rondgezworven in lamsvachten en bokkevellen, onder ontbering, verdrukking en mishandeling.


28. Hebt daarom een welbehagen in zwakheden, smaadheden, noden, vervolgingen, ontberingen, benauwenissen.






53. TARU


1. De gemeenschap, het sociale, is de T van de wildernis, de amazone kerk. Zo is de gemeenschap aan strenge voorwaarden verbonden. Dit is de sociale code. Er is alleen maar gemeenschap mogelijk door de grootste zwakte, na de verbrokenheid, waarin de banden gesmeed kunnen worden, waarin alles getransformeerd kan worden, geschapen.


2. Dit gebeurt in de moederschoot. Dit maakt geen broers. Zij hebben allemaal hun eigen moeder. Het mannelijke mag niet versterkt worden in broederschap, maar moet eerst afgezonderd worden in de moederschoot. Dat er een algemene moederschoot is zegt niets, want die verdeelt haarzelf onder in vele moederschoten, zodat er geen broederschap ontstaat die haar macht zou kunnen breken en haar zou kunnen verwonden.


3. Alleen zusterschap wordt toegestaan, oftewel de bekrachtiging van de vrouwelijke relaties binnen een mens. Zo kan de moeder herstelt worden.


4. Omdat het religieuze banden zijn en het metaforisch is is Jakob ook niet de broeder van Ezau die met hem vocht in de moederschoot. Rebekka is dan een beeld van de godin die zowel een moeder over Jakob had aangesteld als over Ezau.


5. Ware broederschap zou de godin hebben vernietigd. Vandaar dat de geest van broederschap verdreven en verslagen moet worden. Het broederschap betekent de slavernij tot de vader, het grote geheimenis van de macht van de vader.


6. Om tot de moeder te komen en een plaats te krijgen in de hogere sociale code is het belangrijk los te komen van de geest van broederschap, om die te overwinnen. De geest van het broederschap is een godinlasterende eenheid die een man onvruchtbaar kan maken.


7. Elke broederschap moet dus gereduceerd worden tot een religieuze band getoetst aan de demonologie of moet verbroken worden. De geest van broederschap is een onoprechte geest met allerlei bijbedoelingen.


8. In het paradijs zijn er ook geen broer-zus verhoudingen. Dit zou te gevaarlijk zijn, zou de man bekrachtigen. In het paradijs mag een man ook geen zonen verwekken. Dat zou te gevaarlijk zijn. Hij kan alleen dochters verwekken.


9. Het archetype van de broer is een archetype van de gevallen aarde. Ook is er geen vader-zoon verhouding.


10. Ismael is ieders vijand. Areta is de moeder van Ismael, waaraan Ismael onderworpen is.


11. TARU is het oorlogsgejoel, het oorlogsalarm. Zij is het amazone woord voor Here, Heerin.







54. DE ROEPING DOOR TARU


1. En in Numeri gingen allen ten onder die hebzucht in hun hart hadden. Alleen zij die tot Taru kwamen, de Heerin, bleven in leven, want zij luisterden naar het alarm, naar het krijgsgejoel van Haar.


2. En wilt gij tot Haar tent komen, dan zult gij het bloed van de verdoemde prooi, de macht van het kwaad, aan het voorhangsel smeren in de onderwereld, die gij in de vertikale jacht, in de wereld van de ziel, gevangen hebt.


3. Zo zult gij het bloed op haar tent smeren, opdat het tot een bloed-tent zal zijn.


4. De profetische roep is om terug te keren tot het offerfeest.


5. Het vraagstuk van de erfzonde is moeilijk te begrijpen. Al met al is het een mysterie.


6. En dat is de opdracht : Het moet tot het offerfeest leiden.


7. Er is een schuld van de rechtvaardigen. Wat houdt die schuld dan precies in, en is dit dan erfschuld, of een andere vorm van schuld ?


8. De geest moet verbroken worden, en plaats maken voor de bitterheid van de ziel.

Gij komt tot de plaats waar geen vergeving is.


9. Er is geen vergeving, maar loon. In die zin moet de heilige dus door de eeuwige verdoemenis om zijn pad er doorheen te verdienen. De eeuwige verdoemenis is onontkoombaar.

Hiertoe moeten schuldoffers gebracht worden.


10. Maar hebt gij het boek Leviticus dan niet helemaal verkeerd uitgelegd ?


11. Hebt gij dan niet alles verletterlijkt en gemaakt tot een Levitische Pentateuch ?

Dit zijn de boeken Exodus, Leviticus, Numeri, Deuteronomium en Jozua.


12. Maar oorspronkelijk was dit een Tetrateuch van vier boeken, welke gij vindt in dit boek.


13. En Leviticus begint met het roepen van Taru vanuit de tent, want de tent is het begin aller dingen.


14. Dan wordt er bevolen het offer volkomen te laten zijn, in de zin dat niets van de vijand achtergehouden mag worden.


15. Er wordt bevolen de hand op het hoofd van het offer te leggen, dat is de hierarchische macht van het kwaad, om zo zijn huid af te trekken, wat de ontmaskering is.


16. Ook zal de opbrengst, de vrucht en vruchtbaarheid van de hierarchische macht van het kwaad geofferd worden, zijn relaties van voortplanting, opdat hem een halt wordt toegeroepen, en zijn vet, wat een beeld is van zijn schuilplaats waar hij verblijft.


17. Aan deze paal hangt geen plaatsvervanger, maar uw eigen vijandigheid.






55. DE VOETEN VAN TARU


1. Het volk is het offer zelf. Water en vuur is om het binnenste van het volk te reinigen. Vergeet het buitenste. In het verborgene moet er geofferd worden. Dit is het pad van bloed tot Taru, de Heerin.

De cirkels moeten doorbroken worden, de initiatie tot het kwaad, waarvan de leugenachtige kipmacht een beeld is.


2. Het hoofd van het offerdier wordt er afgehaald in Leviticus, als zijnde de hierarchische macht wordt weggescheurd van zijn lichaam en uitvoerende macht. Alleen door het bloed van de hierarchische macht komt gij tot Taru, de Heerin.


3. Gij moet de veren uitrukken en gaan tot de voorparadijsen, de dieptes van de onderwereld en Amalek.


4. Het bloed van de hierarchische kipmacht werd gezogen en gedronken, en aan de voeten van Taru werd gesmeekt om doorgang. Zij staat bij het voorhangsel, en de veer is een symbool van het ingaan door het voorhangsel. Ook is de veer het symbool van de hierarchische oorlog in de onderwereld.


5. Al deze dieren zijn slechts symbolen van de dwaalleer en de ongehoorzaamheid van het volk zelf. Zo werden er insnijdingen gedaan in de poten, het fundament, van het offerdier, en ook in het hele lichaam waarin versieringen werden gestoken als diepe metaforische betekenissen om zo de vijand van zijn hoge positie te verwijderen.


6. Taru zit achter de verbroken jonge man die diep weent om zijn zonde. Zalig is hij die terugkeert tot Haar in grote vreze en beven.


7. Dit zijn de offers die een lieflijke reuk zijn voor de Heerin. Een verbroken en verbrijzelde ziel veracht Zij niet.


8. De vijand wordt verscheurd door woorden van grote kennis.


9. Taru staat op de uitkijk voor zulke strijders, zij die Haar woorden niet verdraaien.






56. HET WILDE VARKEN VAN ZODERAN


1. De Amazone letter O is de vrouwelijke Hercules.

Met Irad, haar zuster, drijft zij het wilde varken van Zoderan diep in het ijs.

Zij drijven hem in de zee van ijs, waar zij hem vangen met een net.


2. Nu, hebt gij dit trotse beest gezien ?

Vertraagt uw trots.


3. Drijf het tot stilstand in de zee van ijs.

Doe uw werk en spaar de trots in u niet.

Want bent gij niet zelf het wilde varken van Zoderan ?


4. Irad met haar speer, en O met haar mes,

Waar kan het beest schuilen, wanneer zij jagen ?


5. Vinden zullen zij hem, en hem tot de heilige zee van ijs drijven,

Waar alle trots tot stilstand komt.


6. Wat klaagt gij, mens, over uw vijand ?

Bent gij niet uw grootste vijand ?


7. Wat zoekt gij, mens, naar een offer ?

Bent gij niet zelf het offer ?


8. Het wilde varken van Zoderan zal u weldra verslinden.


9. Kom tot Haar die u schiep, en buig neder voor Haar die u riep,

Kom tot de heilige ijszee.


10. Wat zoekt gij, oh mens, naar een verlosser ?

Bent gij niet zelf uw verlosser ?


11. Nee, Irad zal u zeker vinden, en haar zuster, O, zal uw hart doorboren,

Want zij riepen, en gij luisterde niet,

Zij zongen, en gij hoorde niet,

Zij droegen u, en gij gehoorzaamde niet


12. Want gij liep het wilde varken van Zoderan achterna,

En werd één met hem. Nee, er is geen genade voor hen die geen eerlijk loon verdienen,

Oh, gij zonen van het wilde varken van Zoderan,

De jacht is nog maar net begonnen


13. Gij zijt verdwaasd door uw eigen trotse overleggingen,

Gij bent in uw eigen netten verstrikt.

De dwaas zegt in zijn hart : Er is geen Heerin dat ik voor Haar zou buigen.

Ook kent gij uw eigen zonde niet.


14. De dwaas vraagt in zijn hart : Waar is het offer, de vijand en de verlosser ?

Waar is de zondebok, en het wilde varken van Zoderan ?

Neen, gij bent het wilde varken van Zoderan.


15. Irad en haar zuster, O, verbergen zich in spelonken en grotten,

Zij komen voort met het uur van de jacht,

Een jacht die nog maar net is begonnen.

Zie, zij verbergen zich onder de grond in holen.

In de nacht gaan zij op jacht,

Het nachtijs is dun,

En het wilde varken van Zoderan is op de vlucht


16. Oh mens, waar kunt gij vluchten, wanneer de Heerin op u jaagt ?

Waar kunt gij uzelf verbergen voor Haar grote Toorn ?

Oh mens, laat toch af van uzelf, gij strijdt een verloren strijd,

Hoe vaak moet Zij het u uitleggen ?


17. Oh mens, waar kunt gij gaan wanneer Zij Haar speer heeft opgeheven ?

Zij weet uw hart te vinden. Alles is open en bloot voor Haar.

Nu komen de dwazen met vele verontschuldigingen,

Maar geen van hen allen brengen gewicht op de schaal,

Zijn zij niet allen veren losgeslagen door de wind ?

Zij gaan waar Zij bepaalt.


18. De dwaas heeft vele verontschuldigingen in zijn hart,

Maar vertelt de waarheid niet,

De dwaas heeft veel te verbergen.

Daarom gaat de speer diep.


19. Wie wijs is volge Haar,

Wie kennis heeft kome tot Haar,

Waar het wilde varken van Zoderan geen besef heeft van deze dingen


20. De zonen van Zoderan hebben hun speren opgeheven,

Zij dromen van groot bezit en grote heerschappij,

Zij dromen van grote getallen dienstknechten en dienstmaagden,

Zij zitten op een gouden troon


21. Zij gokken voor geluk,

Zij bezoeken de hoeren in de nacht,

En gaan door het leven in groot lawaai,

De stemmen verdrinkende in drank


22. Zij hebben het hoogste woord,

Zij spreken in wartaal, verstrikt in hun eigen netten,

Hun woorden zijn kaal en trots,

Hoogmoedig zijn hun rijtuigen en paarden,

en hun uniformen


23. Zij zoeken altijd naar een offer,

Altijd naar een vijand en een verlosser,

Zij zijn op jacht naar een zondebok,

Op jacht naar het wilde varken van Zoderan,

Zij slapen niet.


24. De dwaas slaapt nooit,

Hij is altijd op, en altijd op zoek naar een ander,

Altijd wil hij vlees, nooit is hij verzadigd,

In andermans ellende verheugt hij zich.


25. Oh, die dwazen, die zonen van het wilde varken van Zoderan,

Irad en haar zuster O zijn tot u uitgezonden,

Ja, hun speren zijn opgeheven, en hun messen zijn klaar om te snijden,

In netten zullen zij u vangen, u drijven tot de zee van ijs


26. Oh, gij die altijd op zoek bent naar een minnaar,

U bent uw eigen minnaar,

Gij zult wegzinken in de zee van ijs, tot een eeuwig oordeel,

Het wilde varken van Zoderan zal u vinden


27. Briesend is hij op jacht naar de gevallenen,

Ziedend is hij op zoek naar zondaren,

Naar een offer, een vijand en een verlosser,

Nee, een minnaar kent hij niet,

Aan stukken zal hij u verscheuren






57. DE AJERITISCHE ZWIJNENJACHT


1. Zij zond Abraham en Ismael met de Ajerieten op zwijnenjacht.

Op wie jaagt gij ? Tegen wie voert gij strijd ?

Tegen wie hebt gij een verbond gesloten met de Ajerieten ?


2. Tegen wie hebt gij uw boog gespannen ?

Een pijl gedoopt in gif, als een woord op uw mond.


3. Nu is het zwijn omsingeld, maar zij zijn tegen u.

U heeft een verbond met hen gesloten, maar het verbond was een leugen.

Daarom zijn speren en pijlen op u gericht.


4. De Ajerieten snijden een touw door, maar u binden zij.

En Ismael snijdt de kop van het zwijn af, als een trofee voor zijn moeder, Areta.


5. Tegen wie strijdt gij ? Tegen wie heeft u de hand opgeheven ?

Tegen wie heeft u uw speer opgeheven ?


6. De Ajerieten rekenen niet met u. Wie met hen strijdt strijdt tegen hen.

Zij kennen u niet. Onder de voet zal u gelopen worden.


7. Zij hebben maar één doel : Het zwijn te doorspietsen,

Opdat Ismael de kop brengt tot zijn moeder.


8. Hij kent het voorhangsel van bedrog.

Zij heeft de huid van het Ajeritische zwijn voor haar tent gehangen.

Hij laat niet na tot haar te gaan.


9. Zij draagt zijn speer en geeft het aan hem,

Dan zendt zij hem tot de Ajerieten.

Ook heeft zij hem een mes gegeven, opdat zij hem zien als één van hen.

10. Zij zullen hem niet onder de voet lopen,

Want hij is de uitverkorene


11. Hij draagt zijn mes als een eer,

Zijn speer als zijn glorie


12. Zij rijzen op als een groot leger,

Zij brengen het kind terug tot de moeder













Home